Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Werkwoordspelling Schema
Is het werkwoord een PV?
Ja
Nee
TT VT VT DW INF
ik, ...jij: ik-vorm
jij, hij, zij, het : ik-vorm +t
M: 'infinitief'
Onregelmatig
ik-vorm +te(n)
ik-vorm +de(n)
(kofschip!)
D of een T?
't ex kofschip
hele werkwoord
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Het is leuk zoals dat hondje na die puppycursus ..... (gehoorzamen).
Slide 3 - Question ouverte
Mijn broer is gevraagd als penningmeester, maar hij .....(aanvaarden) deze functie niet.
Slide 4 - Question ouverte
Laat hem maar even rustig zitten; over een half uurtje zal hij wel bedaar... (bedaren) zijn.
Slide 5 - Question ouverte
Aan de horizon ...... (onderscheiden) de stuurman gisteravond duidelijk twee boortorens.
Slide 6 - Question ouverte
Deze computer doet in een uur meer werk, dan vijf mensen vroeger in een week .... (verrichten). Het door de computer..... (verrichten) werk is soms ook nog beter.
Slide 7 - Question ouverte
Onze vroegere buren .... (opvoeden) hun kinderen indertijd .... in een sfeer van vertrouwen.
Slide 8 - Question ouverte
Hij had te veel tijd aan zijn hobby’s ......(besteden), waardoor hij zijn studie ... (verwaarlozen).
Slide 9 - Question ouverte
In de finale hebben de twee bevriende rappers tegen elkaar … (battelen).
Slide 10 - Question ouverte
Vroeger werd er heel veel … (faxen), nu wordt bijna alles … (appen).
Slide 11 - Question ouverte
De buurt … (beklagen) zich al jaren over stankoverlast, maar in een kort geding is deze klacht ongegrond … (verklaren).
Slide 12 - Question ouverte
Loïs heeft haar bestanden niet … (saven) en ik heb ze helaas net …(deleten).