Clase 6. Repasamos Unidad 7

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Lunes, 26 de septiembre de 2022
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Lunes, 26 de septiembre de 2022

Slide 1 - Diapositive

¡Repasamos la unidad 7!

Slide 2 - Diapositive


Ik ken de dagen van de week in het Spaans.
1 (NO)
2
3
4
5
6
7
8
9
10 (SÍ, POR SUPUESTO)

Slide 3 - Sondage


Ik ken de namen van de maanden in het Spaans.

1 (NO)
2
3
4
5
6
7
8
9
10 (SÍ, POR SUPUESTO)

Slide 4 - Sondage


Ik kan de wederkerende werkwoorden van Unidad 7 vervoegen.
1 (NO0
2
3
4
5
6
7
8
9
10 (SÍ, POR SUPUESTO0

Slide 5 - Sondage



Ik kan het werwoord "salir" en " "volver" goed vervoegen in het Spaans
1 (NO)
2
3
4
5
6
7
8
9
10 (SÍ, POR SUPUESTO)

Slide 6 - Sondage


Ik kan enkele voorzetsel in het Spaans gebruiken.
1 (NO)
2
3
4
5
6
7
8
9
10 (SÍ, POR SUPUESTO)

Slide 7 - Sondage


Ik ken alle woorden van unidad 7 en de frases claves.
1 (NO)
2
3
4
5
6
7
8
9
10(SÍ, POR SUPUESTO

Slide 8 - Sondage


Ben je klaar voor de s.o van unidad 7?
1 (No)
2
3
4
5(Sí, por supuesto)

Slide 9 - Sondage

Contesta en español:
¿Cuándo es tu cumpleaños?

Slide 10 - Question ouverte

Contesta en español:
¿A qué hora te acuestas?

Slide 11 - Question ouverte

Contesta en español:
¿Cómo vas al instituto?

Slide 12 - Question ouverte

Vertaal naar het Spaans:
"de lente"

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal naar het Spaans:
"de slang"

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal naar het Spaans:
"zich bewegen"

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal naar het Spaans:
"zich amuseren"

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal naar het NL:
"tranquilo-a"

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal naar het NL:
"el caballo"

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal naar het NL:
"dormirse"

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal de zin:
"Ik vertrek van huis om acht uur."

Slide 20 - Question ouverte

Vertaal de zin:
"Wat doe je na de les?"

Slide 21 - Question ouverte

Vertaal de zin:
"Los fines de semana juego al fútbol"

Slide 22 - Question ouverte

Vertaal de zin:
"¿Tienes mascotas?"

Slide 23 - Question ouverte

Maak een goede zin:
restaurante/a/nueve/las/abrir/El.

Slide 24 - Question ouverte

Maak een goede zin:
de/Salir(yo)/ocho/las/casa/a.

Slide 25 - Question ouverte

Maak een goede zin:
¿hora/abrir/qué/restaurante/el/A?

Slide 26 - Question ouverte

Vervoeg de werkwoorden

Slide 27 - Diapositive

Ellas....(acostarse)

Slide 28 - Question ouverte

Nosotros.....(irse)

Slide 29 - Question ouverte

Yo.....(sentarse)

Slide 30 - Question ouverte

Tú.....(volver)

Slide 31 - Question ouverte

Vosotros....(salir)

Slide 32 - Question ouverte

Kies het juiste voorzetsels 

Slide 33 - Diapositive

Vuelvo......... casa...... las cinco de la tarde.
A
a/a
B
con/de
C
al/de
D
de/con

Slide 34 - Quiz

Salgo..........casa........las ocho y media.
A
de/con
B
con/de
C
al/con
D
de/a

Slide 35 - Quiz

Juego.........el parque..........mis amigos.
A
a/con
B
de/con
C
en/con
D
a/de

Slide 36 - Quiz

........la mañana voy al instituto.........bici.
A
a/con
B
de/con
C
por/en
D
a/de

Slide 37 - Quiz

Kies het juiste voorzetsels:
Estoy en la playa.........mis amigos.

Slide 38 - Question ouverte

Kies het juiste voorzetsels:
Son las ocho.......la mañana

Slide 39 - Question ouverte

0

Slide 40 - Vidéo