H 5 WS overdrijving en ironie 3GT

Wat is ironie?
1 / 15
suivant
Slide 1: Question ouverte
Nederlands-MeijerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Wat is ironie?

Slide 1 - Question ouverte

Theorie= aantekeningen
Bij ironie zeg je het tegenovergestelde van wat je bedoelt
Een ander woord voor ironie is een milde vorm van sarcasme
Sarcasme is  bijtende spot.

Slide 2 - Diapositive

ironie
bv. als het regent zeg je: ideaal strandweertje

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

overdrijving
overdrijving wordt vaak gebruikt om iets wat je zegt extra nadruk te geven.
je vergroot als het ware iets uit

Slide 5 - Diapositive

voorbeelden
-Het duurde wel tien jaar voordat ik eindelijk een reactie had (ipv 10 minuten)
- ik sterf van de honger.

Slide 6 - Diapositive

bij de volgende vragen geef je aan ironie of overdrijving

Slide 7 - Diapositive

Het was een doodsaaie film
A
ironie
B
overdrijving

Slide 8 - Quiz

We sluiten een compromis. Jij doet alles wat ik zeg en ik zeg alles wat jij moet doen.
A
ironie
B
overdrijving

Slide 9 - Quiz

Ik moet rennen want ik sta op knappen
A
ironie
B
overdrijving

Slide 10 - Quiz

Ik word doodmoe van dat gezeur van jou.
A
ironie
B
overdrijving

Slide 11 - Quiz

Je klets met de oren van het hoofd.
(tegen iemand die weinig zegt)
A
ironie
B
overdrijving

Slide 12 - Quiz

Ter aanvulling :
eufemisme is  bedoeld om iets minder erg te laten lijken.
- hij is heengegaan (ipv het gebruik van het woord overleden)
- ongewenste bezoeker i.p.v inbreker
- 'een klein puntje 'i.p.v een groot probleem

Slide 13 - Diapositive

understatement
iets opzettelijk zwakker uitdrukken

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag
week 6 april t/m 10 april woordenschat via NN online

Slide 15 - Diapositive