1e bijeenkomst

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning van vandaag

  • Uitleg digitaal leren en toetsen met behulp van het onderwijsmagazine en/of niveau 4 onder de knie
  • Uitleg vaardigheidstraining en toetsing, inclusief het klinisch redeneren
  • Samenwerken in teams ter voorbereiding op de toetsen
Methodisch werken – het verpleegkundig proces





Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning komende weken
Week 1  : Methodisch werken
Week 2 : Klinisch redeneren
Week 3 : SC injecteren
Week 4 : IM injecteren
Week 5 :Verblijfskatheter blaas
Week 6 :Eenmalig katheteriseren
Week 7 :Inbrengen neusmaagsonde
Week 8 : Perifere canule inbrengen
Week 9 : Oefenen naar eigen inzicht

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Even kort een voorstelrondje
Systemen

Slide 5 - Diapositive

Kan iedereen inloggen? Pasje aanmaken voor Deltion bij ASP
BRON: www.herregistratiewetbig.nl
Het examenprogramma
Je wilt examen doen voor de herregistratie Wet BIG. Het examen bestaat uit drie onderdelen
  1. Examenonderdeel 1: kennisexamen
  2. Examenonderdeel 2: Praktijkexamen verpleegkundige vaardigheden
  3. Examenonderdeel 3: Klinisch redeneren








Slide 6 - Diapositive

Zijn er ook mensen die een buitenlands diploma hebben? Daar zijn namelijk andere regels voor. 
Het kennisexamen
Bij kennisexamen wordt je verpleegkundige kennis getoetst. De vragen zijn divers en kunnen over medische kennis gaan, maar ook over NIC, Nanda.
Het kennisexamen duurt 90 minuten. Je beantwoordt 60 vragen.

Slide 7 - Diapositive

bevragen of zij ook collega's in hun omgeving hebben die al eerder een examen hebben gedaan.  Om je voor te bereiden op dit kennisexamen kun je oefentoetsen maken. 
Als verpleegkundige kom je in aanmerking met verschillende doelgroepen uit verschillende branches. Daarom wordt er van de verpleegkundige brede basiskennis verwacht. In het kennisexamen kom je dan ook diverse contexten (verpleeghuiszorg, thuiszorg, ziekenhuis, geestelijke gezondheidzorg en gehandicaptenzorg) tegen waarop deze basiskennis van toepassing is.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het praktijkexamen
Het praktijkexamen bestaat uit het uitvoeren van twee handelingen naar aanleiding van casuistiek. Hierbij moet ook een berekening worden uitgevoerd.
Bij de uitvoering van de handeling maak je gebruik van de Vilans Kick protocollen.
Er wordt beoordeeld in hoeverre je de benodigde kennis, vaardigheden en gedrag beheerst en kunt toepassen.
Het praktijkexamen duurt 40 minuten, inclusief voorbereiding op casus.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klinisch redeneren
Bij dit examengesprek moet je laten zien in hoeverre je observaties en interpretaties kunt koppelen aan verpleegkundige en medische kennis. Hierbij maak je oa gebruik van redeneerhulpen
Dit examengesprek duurt 30 minuten, waarvan 10 minuten voorbereiding en 20 minuten gesprek. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

In het kwalificatiedossier van verpleegkundige zijn de canmeds rollen vastgelegd. Wie is bekend met deze canmeds rollen? als verpleegkundige voer je al deze rollen uit. Weet je niet wat deze canmeds rollen zijn dan is het goed om hier nog verdieping in te zoeken. 

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Canmedsrollen
  1. Vakinhoudelijk handelen
  2. Communicatie
  3. Samenwerking
  4. Kennis en wetenschap
  5. Maatschappelijk handelen
  6. Organisatie
  7. Professionaliteit en kwaliteit


Slide 13 - Diapositive

1. Vakinhoudelijk handelen
Het ontwikkelen van competenties op het gebied van zorgverlening aan patiënten, cliënten of bewoners.
Voorbeelden: anatomie/fysiologie, ziektebeelden en beperkingen, verpleegkundige diagnostiek, farmacologie, psychologie en psychiatrie, zelfmanagement, ondersteuning en begeleiding, preventie, interventies, voorbehouden en risicovolle handelingen, zorgleefplan, hulp- en ondersteuningsmiddelen en verpleegtechnieken.

2. Communicatie
Het ontwikkelen van competenties op het gebied van communicatie met patiënten, cliënten of bewoners.
Voorbeelden: gesprekstechnieken, theoretische communicatie, gedragsbeïnvloeding, motivatie, empowerment, gebruik van ICT en sociale media.

3. Samenwerking
Het ontwikkelen van competenties op het gebied van samenwerking met patiënten, cliënten of bewoners, zorgverleners en zorginstellingen.
Voorbeelden: ketenzorg, verslaglegging en overdracht, ondersteuning mantelzorg, multidisciplinaire samenwerking en groepsdynamica.

4. Kennis en wetenschap
Het ontwikkelen van competenties om te kunnen reflecteren op deskundigheid en de onderbouwing van het handelen.
Voorbeelden: onderzoeksmethodiek, toepassing van wetenschap, evidence based practice en feedback.

5. Maatschappelijk handelen
Het ontwikkelen van competenties op het gebied van de maatschappelijke context en het bevorderen van gezondheid.
Voorbeelden: epidemiologie, preventie, culturele achtergronden, sociale netwerken, leefstijlbevordering, voorlichting en bemoeizorg.

6. Organisatie
Het ontwikkelen van competenties over de wijze waarop zorg wordt georganiseerd.
Voorbeelden: organisatiekunde, kleinschalige woonvormen, betaalbaarheid van de zorg, coördinatie en continuïteit, indicatiestelling, zorg op afstand, patiëntveiligheid en werkklimaat.

7. Professionaliteit en kwaliteit
Het ontwikkelen van competenties op het gebied van de professionele standaard en kwaliteitsborging.
Voorbeelden: wet- en regelgeving, beroepscode, beroepsprofielen, standaarden en richtlijnen, protocollen, beroepsvereniging, beroepsimago, kwaliteitsregistratie en kwaliteitssystemen.


Lesmateriaal
  •  Studiewijzer (herregistratiewegbig.nl)
  • Onderwijs magazine (herregistratiewetbig.nl) ongeveer € 30,-
  • Voor het voorbereiden van het praktijkexamen en het examengesprek klinisch redeneren: Ongeveer Skills online € 90,-

Slide 14 - Diapositive

In de studiewijzer staat veel informatie. Dit is gratis. Het boek niveau 4 onder de knie is niet alleen toereikend. Je moet meer lesmaterialen hebben. 
Onderwijsmagazine
De inloggegevens worden binnen 5 werkdagen naar je verstuurd. 
Het abonnement onderwijsmagazine is 6 maanden geldig vanaf het ontvangen van de inloggegevens. Het stopt automatisch.
Het bestaat uit: studiewijzer met studiebronnen, leermodules en oefentoetsen.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Studiebronnen (niet verplicht)

Slide 16 - Diapositive

Wie kent het Carpenitho? Dat is een boekje met alle verpleegkundige diagnoses en interventies
Methodisch werken
Methodisch werken is onderdeel van verpleegkundig beroep
  • systematisch
  • doelgericht
  • planmatig en procesmatig

Zorgvisie: Waarom doe ik wat ik doe?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Is het verpleegkundig proces voor iedereen duidelijk en herkenbaar?

Slide 19 - Diapositive

In basis zijn dit de stappen die je doorloopt bij het diagnosticeren. Je begint met het verzamelen van gegevens. Dit kun je bv. doen aan de hand van de 11 gezondheidspatronen van Gordon of bv. positieve gezondheid. Welke je gebruikt kan afhankelijk zijn van instelling, maar ook van het soort probleem wat er is. Op een chirurgische afdeling In het ziekenhuis is gordon meer van toepassing dan positieve gezondheid. Maar in de thuiszorg kan dit weer juist andersom zijn.  
Kijken of iemand ook recente ervaring heeft in dit proces en daar iets over wil vertellen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

De anamnese en het vastleggen van een verpleegplan van dit model is meer gericht op een verpleeghuis of gehandicaptenzorg

Slide 22 - Diapositive

Omaha wordt vaak gebruikt in de thuiszorg

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

pagina 52 en 53  van het boek niveau 4 onder de knie staat beschreven wat deze systemen inhouden. Het zijn classificatiesystemen waarbij problemen geordend zijn met standaard termen.
evt. als opdracht geven om dit zelf even door te lezen. 

 Er is altijd verbinding tussen de Nanda, Nic en NoC. Alle problemen, interventies en uitkomsten zijn evidence based. 

Slide 25 - Diapositive

icf is internationaal voor zowel artsen, verpleegkunidgen, fysio en ergotherapeuten

Slide 26 - Diapositive

door te werken met behulp van deze classificatiesystemen wordt er op dezelfde manier gewerkt, gedacht en gekeken naar de zorg. 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Een verpleegprobleem moet altijd SMART zijn uitgewerkt. De interventies moeten ook SMART zijn. Alleen dan kun je het verpleegkundig proces goed evalueren. Heeft het effect wat we doen en moeten er bepaalde dingen worden bijgesteld?
De engelse versie is RUMBA: 
R= relevant (ter zake doend)
Het doel moet relevant, actueel en ter zake doend zijn voor de persoon of organisatie die het doel moet gaan bereiken.
U= understandable (begrijpelijk)
Het doel moet goed te begrijpen zijn voor alle betrokkenen. Het doel moet in begrijpelijke taal beschreven staan.
M= measurable (meetbaar)
Het doel moet uitgedrukt staan in getallen, maten, eenheden enz.. Het doel moet meetbaar/toetsbaar zijn. Hoelang wil je erover doen? Hoeveel meer wil je gaan verdienen?
B= behavioral (gedrag)
Een doel moet concreet waarneembaar zijn oftewel, het te bereiken doel moet goed te zien zijn.
A= attainable (haalbaar)
Het doel moet haalbaar zijn voor de persoon voor wie het doel bestemd is. Als degene die het doel moet bereiken er niet achter staat of het niet haalbaar vind is het geen goede doelstelling.

Slide 31 - Diapositive

Wat voor interventie zou jij bv inzetten bij iemand met een ab. infuus?

Of bij bv. decompensatio cordis?

Slide 32 - Diapositive

De groep laten nadenken over interventies.

Wat zou je bij de E en S kunnen neerzetten?

Slide 33 - Diapositive

Indien er nog tijd is In groepjes PES laten opstellen voor iemand voor een ulcus cruris heeft. of bij iemand met sondevoeding

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende les
Klinisch redeneren!

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions