3.1 genotype en fenotype

Erfelijkheid


Eerst een test
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Erfelijkheid


Eerst een test

Slide 1 - Diapositive

Wie van deze 4 is mijn broer?

Slide 2 - Diapositive

Ga staan
1 hand omhoog
Blijf zitten
2 handen omhoog

Slide 3 - Diapositive

2 handen omhoog

Slide 4 - Diapositive

Wie is mijn moeder?

Slide 5 - Diapositive

Ga staan
Ga zitten
1 hand omhoog
2 handen omhoog

Slide 6 - Diapositive

1 hand omhoog

Slide 7 - Diapositive

Iets moeilijker
Wie is mijn neef?

Slide 8 - Diapositive

Ga staan
Ga zitten
1 hand omhoog
2 handen omhoog

Slide 9 - Diapositive

Ga zitten

Slide 10 - Diapositive

Thema 3
Erfelijkheid en evolutie

Slide 11 - Diapositive

3§1 Genotype en fenotype
Leerdoelen:

1. Je kunt omschrijven wat een genotype, wat een fenotype en wat een gen is
2. Je kunt beschrijven hoe individuen informatie over erfelijke eigenschappen overdragen aan hun nakomelingen en welke rol chromosomen hierbij spelen

Slide 12 - Diapositive

Erfelijke informatie
- Lichaamscellen bevatten 46 chromosomen.
- Ze bestaan uit de stof DNA (erfelijke eigenschappen)

Slide 13 - Diapositive

De helft van je DNA krijg je van je moeder en de andere van je vader

Slide 14 - Diapositive

De bevruchte cel gaat delen, dit noem je een dochtercel

Slide 15 - Diapositive

Genotype
Chromosomen bevatten informatie over eigenschappen
Gen= stukjes DNA die informatie bevatten voor 1 eigenschap

1 celkern heeft alle 46 chromosomen en de informatie voor alle erfelijke eigenschappen = genotype

Bijvoorbeeld: oogkleur en huidskleur

Slide 16 - Diapositive

Fenotype
  • De uiterlijke kenmerken van een organisme: fenotype
  • De informatie voor de uiterlijke kenmerken staat in het DNA
  • Het fenotype kun je veranderen, zoals haarkleur of met tattoo's

Slide 17 - Diapositive

genotype of fenotype?
genotype of fenotype?

Slide 18 - Diapositive

Wat ga je doen (3§1):
Maken opdracht 1 tot en met 6 en 10

Slide 19 - Diapositive