H2 16-03 H4 Lezen: Feiten, meningen en argumenten

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Welkom allemaal!

Houd jullie telefoon bij de hand voor de LessonUp.

Nieuw boek voor fictieopdracht 3?

Lesdoel

Je weet het verschil tussen een feit, mening en een argument

Je kunt feiten, meningen en argumenten herkennen

Feit/mening/argument

1. Noem een feit
2. Noem een mening
3. Noem een argument

een feit:

Feit/mening/argument

1. Noem een feit
2. Noem een mening
3. Noem een argument

een mening:

Feit/mening/argument

1. Noem een feit
2. Noem een mening
3. Noem een argument

een argument:

Theorie 

Feit: iets waarvan je kunt controleren of het waar of onwaar is.

Mening/standpunt: wat iemand van iets vindt.

Argument: uitleg waarom iemand iets vindt.

Zelfstandig werken

• Sla je boek open op blz. 102 en 103
• Maak opdracht 1 
• Klaar? Bedenk een stelling (bv. de doodstraf moet worden ingevoerd in NL) en bedenk daarbij  3 argumenten voor en 3 argumenten tegen.

Begrijp je de theorie? Heb je nog behoefte aan extra uitleg?