Een winkelier koopt t-shirts voor 20 euro in Hij wil 10 % brutowinst maken. wat wordt de verkoopprijs??
1 / 14
suivant
Slide 1: Question ouverte
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Een winkelier koopt t-shirts voor 20 euro in Hij wil 10 % brutowinst maken. wat wordt de verkoopprijs??
Slide 1 - Question ouverte
De broodjeszaak verkoopt in een week 110 broodjes. Wat is dan de omzet van die week?
Slide 2 - Question ouverte
Rekenvoorbeeld: een broodjeszaak koopt broodjes in voor €0,70 per stuk. Er wordt een winstopslag gerekend van 40% van de inkoopprijs. Wat wordt de verkoopprijs?
Slide 3 - Question ouverte
Een winkelier heeft een afzet van 500 stuks. Deze koopt hij in voor € 3,50 per stuk en verkoopt hij voor € 5,50 per stuk. De bedrijfskosten zijn € 800. Bereken de nettowinst van de winkelier.
Slide 4 - Question ouverte
Je verkoopt frikandelbroodjes voor € 1,00 per stuk. In één pauze verkoop je 60 frikandelbroodjes. Deze heb je ingekocht voor € 30,00 totaal. De overige kosten zijn € 10,00. Wat is je nettowinst?
Slide 5 - Question ouverte
De verkoopprijs is €1,20 Wat is de consumentenprijs. Ga uit van 21% btw
Slide 6 - Question ouverte
5.3 Belasting of shoppen? (deel 2)
Verkoopprijs
100%
Btw
9%
Consumentenprijs
109%
100%
21%
121%
De fietsenmaker repareert je fiets. Je betaalt hier € 53 voor. Het btw-tarief is 9%.
Bereken 1% (€53 = 109%) dus delen door 109
Bereken de verkoopprijs (=100%)
Slide 7 - Diapositive
Omzet
(afzet x verkoopprijs)
(afzet x inkoopprijs)
Brutowinst
Inkoopwaarde -
Bedrijfskosten -
Nettoresultaat
(kosten om de winkel te laten functioneren)
(de winst die overblijft als je alles hebt betaald)
Het rijtje hierboven moet je goed leren!
Slide 8 - Diapositive
Thomas heeft een fietsenzaak. Deze week verkoopt hij 33 fietsen. De gemiddelde verkoopprijs van een fiets is €690. Bereken de omzet van deze week.
Slide 9 - Question ouverte
De volgende gegevens zijn bekend. Bedrijfskosten: €15.000 Omzet: €50.000 Inkoopwaarde: €10.000
Bereken de nettowinst/verlies
Slide 10 - Question ouverte
Een winkelier heeft een afzet van 500 stuks. Deze koopt hij in voor € 3,50 per stuk en verkoopt hij voor € 5,50 per stuk. De bedrijfskosten zijn € 800. Bereken de nettowinst van de winkelier.
Slide 11 - Question ouverte
Je verkoopt frikandelbroodjes voor € 1,00 per stuk. In één pauze verkoop je 60 frikandelbroodjes. Deze heb je ingekocht voor € 30,00 totaal. De overige kosten zijn € 10,00. Wat is je nettowinst?
Slide 12 - Question ouverte
Je koopt laptops in voor €410 per stuk. Je berekent een brutowinstopslag van €287. De btw is 21% Bereken de verkoopprijs exclusief btw.
Slide 13 - Question ouverte
Je hebt een nieuwe radio gekocht voor €70 inclusief 9 btw? Bereken de prijs exclusief btw.