Literaire begrippen V4

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

We gaan nu 10 minuten lezen

literatuur lezen

Literaire begrippen oefenen

Planning:

- Vragen over het begrip tijd ter inleiding

- Korte film

- Quizvragen n.a.v. korte film

- Uitleg huiswerk volgende les

Wat weet je nog van het begrip tijd in een literair verhaal?

Vertelde tijd

Verteltijd

Chronologisch

Niet-chronologisch

Flashback

Flash forward

De tijd die in het verhaal verstrijkt.

Leestijd.

Op volgorde van tijd

"overmorgen-vandaag-morgen"

Terugblik

Vooruitblik

Aan de slag!

Beantwoord de vragen over de theorie, 

toegepast op de korte film.

Waar speelt de korte film zich af?
Omschrijf de ruimtes zo uitgebreid mogelijk.

Welke verhaallijnen kun je ontdekken?

Welke personen spelen een rol in het verhaal? Zijn die hoofdpersonen of bijpersonen?

Is de opbouw chronologisch of niet-chronologisch? Hoe weet je dat? Leg uit en gebruik minimaal 20 woorden.

Wat is de vertelde tijd en wat is de verteltijd?

Waren er tijdsprongen aanwezig in het verhaal? Zo ja, geef een voorbeeld.

Is er sprake van een open of een gesloten einde? Leg uit.

Opdracht

Maak in de classroom de opdrachten extra oefeningen  en extra oefening verhaalanalyse.

Huiswerk volgende les

Neem de theorie door voor de toets Nederlands literaire begrippen.

In de les van donderdag aanstaande maak je een oefentoets.

Literaire begrippen - deel 2

- Kort verhaal 'Hoelah' van Cees Nooteboom

- Quizvragen n.a.v. korte film

We gaan nu 10 minuten lezen

literatuur lezen

Aan de slag!

Beantwoord de vragen over de theorie, 

toegepast op het korte verhaal.

Wat kun je vertellen over de setting (tijd en ruimte) in het verhaal?

Welke open plekken zitten er in het verhaal?

Welke vertelinstantie herken je in het korte verhaal?

Welke motieven (terugkerende elementen, woorden, voorwerpen, etc.) herken je in het verhaal?

Huiswerk volgende les

Neem de theorie door voor de toets Nederlands literaire begrippen.

In de les van donderdag aanstaande maak je een oefentoets.