AMS stalontwerp
1 / 20
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat is de minimale krachtvoergift in de robot?
A
0,25 kg
B
0,5 kg
C
0,75 kg
D
1 kg
Slide 3 - Quiz
Wat is voor een koe de optimale aantal maaltijden per dag?
A
2-4 per dag
B
4-8 per dag
C
8-10 per dag
D
10-14 per dag
Slide 4 - Quiz
Wat is een verdenking van mastitis?
A
Meer mislukkingen en langere melkinterval
B
Hogere melkgift als verwacht
C
Geleidbaarheid verschilt 10%
Slide 5 - Quiz
Vliegen in de stal kunnen mastitis overbrengen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Met welke test kun je een hoog celgetal of mastitis aantonen?
Slide 7 - Question ouverte
Na hoeveel melkingen moet een rubberen tepelvoering vervangen worden?
Slide 8 - Question ouverte
Hoe kun je de melksnelheid niet beïnvloeden?
A
Vacuum
B
Voorbehandelen
C
Fokkerij
D
Voeding
Slide 9 - Quiz
Wat is de functie van een buffervat?
A
De melk voorkoelen voordat het de tank ingaat
B
De melk bewaren tijdens reinigen van de melktank
C
De melk reinigen
D
De melk verhitten om bacteriën te doden
Slide 10 - Quiz
Wat wordt er bedoeld met 'de melkinterval'?
Slide 11 - Carte mentale
Hoeveel kg melk per melking is ideaal?
A
5 tot 8 kg melk
B
8 tot 12 kg melk
C
12 tot 15 kg melk
D
15 tot 20 kg melk
Slide 12 - Quiz
Na hoeveel melkingen moet je de reinigingsborstels vervangen? (bijv. bij Lely)
A
10.000 melkingen
B
40.000 melkingen
C
80.000 melkingen
D
100.000 melkingen
Slide 13 - Quiz
Welke drie robotfokwaarden zijn er?
Slide 14 - Question ouverte
Wat is de gemiddelde beschikbare robottijd?
A
20 uur
B
22 uur
C
23 uur
D
24 uur
Slide 15 - Quiz
Wat zijn voorbeelden van Prestatie indicatoren (PI's)?
Slide 16 - Carte mentale
Wat is de doelwaarde voor het aantal ophaalkoeien?
A
max. 2% vd koppel
B
max 5% vd koppel
C
max. 10% vd koppel
D
max 15% vd koppel
