Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welkom!
Leg je boeken en schriften open op de tafel
Pak je etui erbij.
Slide 1 - Diapositive
Ready?
Is iedereen aanwezig?
Hebben jullie alles mee?
Huiswerk af? 30 t/m 36 + rekenen
Slide 2 - Diapositive
Planning
LESDOEL: Ik kan figuren tekenen en figuren spiegelen in een punt of lijn
Herhaling
Vragen
Uitleg
Aan de slag
Afsluiting
Slide 3 - Diapositive
cirkels
Beschrijving?
Begrippen?
Middelpunt, straal, diameter
Slide 4 - Diapositive
Vragen?
Slide 5 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
Slide 6 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
Slide 7 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
2. Teken de overige lijnstukken en hoekpunten
Slide 8 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
2. Teken de overige lijnstukken en hoekpunten
3. Zet de namen (v.d. hoekpunten), de lengtes (v.d. zijdes) en de grootte (v.d. hoekpunten) erbij
Slide 9 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
2. Teken de overige lijnstukken en hoekpunten
3. Zet de namen (v.d. hoekpunten), de lengtes (v.d. zijdes) en de grootte (v.d. hoekpunten) erbij
Voorbeeld: teken ΔABC met AB=5cm, ∠A=60º, ∠B=45º
Slide 10 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
2. Teken de overige lijnstukken en hoekpunten
3. Zet de namen (v.d. hoekpunten), de lengtes (v.d. zijdes) en de grootte (v.d. hoekpunten) erbij
Voorbeeld: teken ΔABC met AB=5cm, ∠A=60º, ∠B=45º
Voorbeeld: teken ΔABC met AB=4cm, BC=3cm en ∠A = 40º
Slide 11 - Diapositive
figuren tekenen
0. Maak een schets en schrijf de gegevens op
1. Teken eerst dat wat je zeker weet
2. Teken de overige lijnstukken en hoekpunten
3. Zet de namen (v.d. hoekpunten), de lengtes (v.d. zijdes) en de grootte (v.d. hoekpunten) erbij
Voorbeeld: teken ΔABC met AB=5cm, ∠A=60º, ∠B=45º
Voorbeeld: teken ΔABC met AB=4cm, BC=3cm en ∠A = 40º
Voorbeeld: opgave 39
Slide 12 - Diapositive
Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen van elk hoekpunt door de lijn met dezelfde afstand aan beide kanten (en benoem de nieuwe hoekpunten)
Slide 13 - Diapositive
Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen van elk hoekpunt door de lijn met dezelfde afstand aan beide kanten (en benoem de nieuwe hoekpunten)
2. Verbindt de hoekpunten
Slide 14 - Diapositive
Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen van elk hoekpunt door de lijn met dezelfde afstand aan beide kanten (en benoem de nieuwe hoekpunten)
2. Verbindt de hoekpunten
Voorbeeld
Slide 15 - Diapositive
Spiegelen in een punt
1. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (zelfde afstand) door het punt (en benoem de nieuwe hoekpunten)
Slide 16 - Diapositive
Spiegelen in een punt
1. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (zelfde afstand) door het punt (en benoem de nieuwe hoekpunten)
2. Verbindt de hoekpunten
Slide 17 - Diapositive
Spiegelen in een punt
1. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (zelfde afstand) door het punt (en benoem de nieuwe hoekpunten)
2. Verbindt de hoekpunten
Voorbeeld
Slide 18 - Diapositive
Aan de slag
Maak: 37 t/m 49 + rekenen
Klaar? nakijken
Je gaat rustig aan het werk!
Heb je een vraag: Lees je aantekeningen door, lees de uitleg in het boek en/of overleg op fluistertoon met je buurman / buurvrouw vóór je je vinger opsteekt.
Slide 19 - Diapositive
Lesdoel behaalt?
Ik kan driehoeken en vierhoeken tekenen
Ik kan figuren spiegelen in een punt en in een lijn