warmte hoofdstuk 5 par 2 en 3

Warmte hst 5 les 3
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
naskMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Warmte hst 5 les 3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

https://www.youtube.com/watch?v=7BnSL0O3SMg&t=95s

Slide 3 - Diapositive

https://www.youtube.com/watch?v=7BnSL0O3SMg&t=95s




  • is er te weinig zuurstof dan ontstaat er ook koolstofmonoxide
  • koolstofmonoxide is dodelijk
5.2 Chemische verbranding
 in cv ketel: er moet genoeg zuurstof zijn 
Goed= er is voldoende zuurstof: 

  • aardgas+ zuurstof--> koolstofdioxide + waterdamp
  • je ziet een blauwe vlam
Fout= er is onvoldoende zuurstof: 
  • aardgas + zuurstof--> waterdamp+ koolstofmonoxide + roet
  • je ziet een gele vlam
  • koolstofmonoxide is een dodelijk, zwaar, kleurloos en geurloos gas

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verbrandingsdriehoek

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

blussen




1. afkoelen tot onder ontbrandingstemperatuur
2. zuurstof weghalen
3. brandstof weghalen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik zet een potje over een brandende kaars. De kaars gaat uit. Welk onderdeel van de branddriehoek haal ik weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Ontbrandings-temperatuur

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen voorwaarde van de branddriehoek?
A
Brandstof
B
Warmte
C
Lucht
D
Zuurstof

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik blaas een kaars uit. Welk onderdeel van de branddriehoek haal ik hier weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Ontbrandings-temperatuur

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om een brand te blussen, heb je zuurstof nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mag je een vlam in de pan blussen met water?
A
Nee
B
Ja

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een gasleiding is in brand geraakt. Om de brand te blussen draait de brandweer de gaskraan dicht.
Welke voorwaarde voor verbranding haalt de brandweer weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Temperatuur

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je een brand blust met water, dan dooft het vuur omdat:
A
je de zuurstof weg haalt
B
je de brandstof weg haalt
C
water een niet brandbaar laagje over je huis legt
D
je afkoelt tot onder de ontbrandingstemperatuur

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte hst 5 les 3

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Transport van Warmte
warmte verspreid zich van een hoge temperatuur naar een lage temperatuur= warmtestransport

- Geleiding
- Stroming
- Straling

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte transport Staal: goede warmtegeleider

Kunstof: isolator, slechte warmtegeleider

Warmte transport via geleiding Voorwaarde:
Er moet contact zijn 



  • Warmtegeleiding: vindt vaak plaats in vaste stoffen.
  • warmtegeleiding: lukt goed met een laagje stilstaande lucht of een vacuum b.v. dekbed, thermoskan, dubbelglas
  • metaal is een goede warmtegeleider en plastic niet. 
  • Plastic wordt dan ook vaak als isolator gebruikt. Bijvoorbeeld: steel van een pan.
  • Isolator = een stof die warmte slecht geleidt.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

warmtetransport via stroming
  • gassen en vloeistof kunnen warmte transporteren(=vervoeren) via stroming
  • warme gassen  of vloeistoffen stijgen 
  • koude gassen en vloeistoffen dalen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stroming
beweging van lucht door warmte: convectie

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

warmtetransport via straling (kampvuur)
  • warmtestraling = infraroodstraling of i.r.
  • voor warmtetransport via straling is géén tussenstof nodig
  • donkere en doffe voorwerpen nemen makkelijk i.r. op en worden warmer
  • glimmende en lichte voorwerpen weerkaatsen veel i.r. straling

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmteverlies
Door gaten, kieren en openstaande deuren en ramen
verdwijnt warmte via stroming ( warmtetransport door beweging van vloeistof of gas.)

Door muren, dichte ramen en deuren gaat warmte door geleiding (warmtetransport door een vaste stof) naar buiten.

Warmteverlies gaat door straling ( geen tussenstof nodig) door al het glas.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

je donzen dekbed voorkomt dat jij warmte verlies via
A
straling
B
geleiding
C
stroming

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat koelt het snelste af?
1 L warm water in
A
in een metalen pan met een groot oppervlakte
B
in een metalen diepe pan met een klein oppervlakte
C
in een glazen schaal met een groot oppervlakte
D
in een diepe glazen schaal met een klein oppervlakte

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In de centrale verwarming zit water, dat zorgt dat er warmtetransport is door
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke manier van warmtetransport merk je vooral als je hand boven een vlam is?
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vorm van warmtetransport gebruikt de zon om de aarde te verwarmen?
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke manier van warmtetransport merk je als je vingers vlak naast een vlam zijn?
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er is contact tussen twee vaste stoffen. De warmte gaat van de ene vaste stof naar de andere vaste stof.
Welke warmteoverdracht bedoelen we hier?
A
straling
B
stroming
C
geleiding

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als aardgas niet volledig verbrandt, ontstaat er een giftige stof.
welke stof is dit?
A
koolstofdioxide
B
kalkwater
C
roet
D
koolstofmonoxide

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de brandstof in een cv-ketel?
A
Aardgas
B
houtskool
C
hout
D
water

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar mee kun je koolstofdioxide aantonen
A
kalkwater
B
kopersulfaat
C
gloeiende houtspaander

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het gevaar van koolstofmonoxide
A
giftig
B
het is niet gevaarlijk
C
je ziet het niet
D
je ruikt het niet

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

als je graag wilt dat de radiator zoveel mogelijk warmte uitstraalt kan die het beste:
A
wit en glimmend geverfd worden
B
wit en dof geverfd worden
C
zwart en glimmend geverfd worden
D
zwart en dof geverfd worden

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions