Spelling Blok 7 Week 1 Les 3
1 / 22
La durée de la leçon est: 120 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Wat is het telwoord in deze zin?
Ik heb vier zussen. En jij?
Ik heb vier zussen. En jij?
Slide 4 - Question ouverte
Wat zijn telwoorden in deze zin?
Ik heb één zus en twee broers.
(Typ 2 woorden met een spatie ertussen)
Ik heb één zus en twee broers.
(Typ 2 woorden met een spatie ertussen)
Slide 5 - Question ouverte
Wat is het telwoord in deze zin?
Dan bestaat jullie gezin uit vier kinderen.
Dan bestaat jullie gezin uit vier kinderen.
Slide 6 - Question ouverte
Wat is het telwoord in deze zin?
Dat klopt. En jouw gezin uit vijf kinderen.
Dat klopt. En jouw gezin uit vijf kinderen.
Slide 7 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 8 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
het woninkje
het woninkje
Slide 9 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 10 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
de thee
de thee
Slide 11 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 12 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
wij feliciteren
wij feliciteren
Slide 13 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 14 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
de manchetknoop
de manchetknoop
Slide 15 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 16 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
de grootte
de grootte
Slide 17 - Question ouverte
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 18 - Question ouverte
Typ het woord nu nog een keer goed:
tevreden
tevreden
Slide 19 - Question ouverte
Luister naar de zin en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 20 - Question ouverte
Typ de zin nu nog een keer goed:
De mevrouw besteedt geld aan een ideaal cadeau.
De mevrouw besteedt geld aan een ideaal cadeau.
