Grammatica taalkundig: bijvoeglijk nw

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom

1. Ga rustig zitten op je plek van de plattegrond.

2. Pak je spullen: laptop, lesboek en schrift.

3. Laat je laptop nog dicht.

4. Doe je jas uit en zet je tas op de grond. 

Programma

• toets 22 november: Grammatica woordsoorten 1 t/m 4
• persoonsvorm en zinsdelen
  
• lidw. en zelfst. naamwoorden
• onderwerp
• bijvoeglijke naamwoorden

Lesdoelen

Wat ga je leren: 

1. Je kan bijvoeglijke naamwoorden herkennen en schrijven.

Hoe ga je dat leren:

1. herhalen lidwoord, onderwerp, zelfst. nw.

2. wat weet je er nog van?

3. filmpje met uitleg

4. oefenen

Grammatica: woordsoorten

1. Er zijn 2 soorten grammatica...

Welke lidwoorden zijn onbepaalde lidwoorden?

1. de het
2. de
3. het
4. een

Het meervoud van een boek is:
boeken

1. niet waar
2. waar

Wat zijn de kenmerken van een zelfstandig naamwoord?

1. Je kan er een lidwoord voor zetten.
2. Het zijn eigennamen
3. Staat in het enkelvoud of het meervoud.
4. A, B en C

Welke zelfstandige naamwoorden hebben geen lidwoord?

Wat is het zelfstandig naamwoord in:
Ik heb het in de la gelegd.

1. Ik
2. de la
3. het
4. Ik, het, de la

Wat is het zelfstandig naamwoord:
De slotklim is een uitgelezen kans voor sterke aanvallers.

1. slotklim, aanvallers
2. slotklim, kans, aanvallers
3. slotklim, sterke
4. slotklim, kans

Bijvoeglijke naamwoorden

Wat weet je nog van bijvoeglijke naamwoorden?

bijvoeglijke naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden

Hoe schrijf je een bijv. nw?

Waar staat een bijv. nw?

Wat is de functie?

Bijvoeglijk naamwoord: plaats

• Kenmerk: zegt iets over het zelfstandig naamwoord:

1. Staat vóór het zelfstandig naamwoord: het kleine hondje.

2. Staat achter het zelfstandig naamwoord: de hond is klein.

Bijvoeglijk naamwoord

1. lidwoord de of het: -e erachter. Voorbeeld: de grote kast
2. lidwoord een: niks achter. Voorbeeld: een jong katje
3. Stoffelijk bijvoeglijk nw: -en erachter: een wollen trui
4. Leenwoord stoffelijk: niks erachter: een plastic tas

Bijvoeglijk naamwoord

Lesboek, p. 210

Maken: online of uit het boek:

opdracht 1

opdracht 2

opdracht 3

https:

https: