Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
H4 spelling -herhaling
1) WERKWOORDSPELLING
2) SAMENSTELLINGEN
3) SAMENTREKKINGEN
4) APOSTROF
Slide 1 - Diapositive
Noteer de 3 regels die we gebruiken bij werkwoorden als het een persoonsvorm is in de tegenwoordige tijd.
Slide 2 - Question ouverte
Noteer de 3 regels die we gebruiken bij werkwoorden als het een persoonsvorm is in de verleden tijd.
Slide 3 - Question ouverte
Welke andere spellingsregels ken je als het werkwoord GEEN persoonsvorm is.
Slide 4 - Question ouverte
Slide 5 - Vidéo
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande samenstelling:
A
horlogemaker
B
horlogenmaker
Slide 6 - Quiz
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande samenstelling:
A
personeelschef
B
personeelchef
Slide 7 - Quiz
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande samenstelling:
A
rijstenpap
B
rijstepap
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Vidéo
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande woorden:
A
cadeau's
B
cadeaus
Slide 10 - Quiz
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande woorden:
A
Rens' trui
B
Ren's trui
Slide 11 - Quiz
Geef de juiste spellingswijze aan van onderstaande woorden:
A
gsm'etje
B
gsmetje
Slide 12 - Quiz
Theorie samentrekking 1
Als je een deel van een samenstelling 2 keer voorkomt, kun je het 1 keer weglaten.
Dit noemen we een samentrekking.
Het weggelaten deel vervang je door een weglatingsstreepje.
Voorbeeld: koffiekopjes en theekopjes > koffie- en theekopjes
Slide 13 - Diapositive
Theorie samentrekking 2
Soms is een samentrekking niet op woordniveau, maar binnen een woordgroep. Je hebt dan geen weglatingsstreepje nodig.
Voorbeeld: jonge mannen en oude mannen > jonge en oude mannen
Slide 14 - Diapositive
Theorie samentrekking 3
Als je een samentrekking maakt van een samenstelling en een woordgroep, heb je alleen een weglatingsstreepje nodig als je een deel van de samentrekking weglaat.
Voorbeelden:
- doorgaand verkeer en bestemmingsverkeer > doorgaand en bestemmingsverkeer
- hoofdletters en kleine letters > hoofd- en kleine letters
Slide 15 - Diapositive
Schrijf onderstaande woorden korter op. Gebruik zo nodig een weglatingsstreepje. 1) zomertijd en wintertijd 2) vroege ontwikkeling en late ontwikkeling 3) basisschool en middelbare school
Slide 16 - Question ouverte
Aan het werk
In magister agenda vinden jullie een diagnostische toets H4 spelling.
Maak deze diagnostische toets!
De antwoorden komen kun je vanmiddag vanaf 17.00 inzien via magister opdrachten.
Maak vragen over de onderdelen die je niet goed begrijpt/ waar je meerdere fouten in hebt gemaakt.