ready to go

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inhoud
- Kennismaking
-planning
- afronding

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Swahili
Swahili is the national language of Kenya.

Listen to the Youtube video.
The song is called Baba Yetu.
It is sung by a choir from South Africa
but it is sung in Swahili. 

What do you think the song is about?  
Click below for part of the lyrics.

Lyrics Baba Yetu
Baba yetu, yetu uliye
Mbinguni yetu, yetu, amina
Baba yetu, yetu, uliye
Jina lako litukuzwe

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet ik over
de Swahili taal?

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

De officiële taal van Kenia is het Swahili. Grote kans dat je al wat woorden uit die taal kent: in The Lion King komen veel van de namen uit het Swahili. Zo betekent simba, 'leeuw' en hakuna matata 'geen zorgen'. 
Rechts op de foto zie je Rafiki. Zoek de betekenis van het woord Rafiki op. 

Slide 8 - Diapositive

Bespreek met de leerlingen de volgende vragen: 
  • De film die je gaat kijken heet ook Rafiki. Zoek de betekenis van het woord op. 
  • Waarom denken jullie dat de film Rafiki heet?
Antwoord: Het woord Rafiki komt uit het Swahili en betekent "vriend".




Planning
  • Leren over Swahili en Oost-Afrikaanse cultuur tot herfstvakantie
  • 22 oktober talencafé - presenteren wat je geleerd hebt en zelfgemaakt Oost Afrikaans gerecht laten proeven.

Eind van elke les schrijf je op wat je geleerd hebt. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beeldvorming
Stel je voor: Morgen begin je aan een rondreis door Afrika. Je bent je koffer aan het pakken. 

- Welke spullen zijn onmisbaar voor jouw rondreis in Afrika?

- Wat denk je allemaal te gaan zien?

Pak je pen en papier en schrijf minimaal 3 dingen op. Geef ook aan waarom je deze spullen meeneemt.

Slide 11 - Diapositive

In dit gedeelte wordt de kennis van Afrika opgefrist. 

Zorg dat de leerlingen hun antwoord op volgende vragen in hun schrift opschrijven:
  • Benoem minimaal 3 spullen die je mee zou nemen op rondreis naar Afrika en geef ook aan waarom je deze spullen meeneemt.
  • Wat denk je allemaal te gaan zien? Noem minimaal 3 dingen.
Bespreek klassikaal een aantal van hun antwoorden.

Op de foto's staan mensen die uit Kenia komen. Welke foto komt jou het bekendste voor? Waarom?

Slide 12 - Diapositive

In dit gedeelte wordt de kennis van Kenia opgefrist. Hier kunnen de leerlingen het ook over beeldvorming hebben.

Bespreek met de leerlingen de volgende vragen: 
  • Op de foto's staan mensen die uit Kenia komen. Welke foto komt jou het bekendste voor? Waarom?
Antwoord:
Er wonen heel veel verschillende bevolkingsgroepen in Kenia. Hoewel het land veel verschillende inwoners kent, is het beeld dat veel mensen hebben eenzijdig.

Foto links: De Keniaanse marathonloper Kenneth Kiprop Kipkemoi. Er zijn veel langeafstandslopers uit Kenia die wedstrijden hebben gewonnen.
Foto midden: Chris Froome. Dit is een bekende wielrenner die in Nairobi, Kenia is geboren. Hij is de zoon van Britse ouders. Dit is een voorbeeld van een Europese Keniaan. Kenia is een Britse kolonie geweest, waardoor Britten zich in het land hebben gevestigd. Er wonen nog altijd een aantal van deze immigranten.
Foto rechts: Masai. Hoewel deze stam slechts 1,5% uitmaakt van de Keniaanse bevolking, is dit een beeld dat veel mensen kennen. Het is één van de beroemdste stammen ter wereld. 

Voor meer informatie over Keniaanse bevolkingsgroepen, klik hier.
De manier waarop bepaalde dingen in beeld worden gebracht, bepaalt voor een groot deel hoe we naar dat onderwerp kijken. Dat heet beeldvorming. Als deze beelden veel worden herhaald, dan hebben we te maken met stereotypes.

Iedereen heeft stereotypes over anderen. Het probleem met stereotypes is niet dat ze niet waar zijn, maar dat ze alleen maar een klein deel van het totale plaatje laten zien.
Door beeldvorming heeft iedereen een bepaald idee over andere mensen. 

Bespreek met de persoon naast je:

- Wat voor beeld zouden andere mensen over Nederlanders hebben? 

- Hoe komt het dat andere mensen dit beeld hebben?

Slide 13 - Diapositive

In dit gedeelte worden beeldvorming en stereotypes besproken. 

De manier waarop bepaalde dingen in beeld wordt gebracht bepaalt voor een groot deel hoe we naar dat onderwerp kijken. Dat heet beeldvorming. Als deze beelden veel worden herhaald, dan hebben we te maken met stereotypes.

Iedereen heeft wel stereotypes over andere mensen. Het probleem met stereotypes is niet dat ze niet waar zijn, maar dat ze alleen maar een klein deel van het totale plaatje laten zien.

Laat de leerlingen met de persoon naast hun de volgende vragen bespreken: 
  • Iedereen heeft wel stereotypes over andere mensen. Wat voor stereotypes zouden andere mensen over Nederlanders hebben?
  • Hoe komt het dat andere mensen dit beeld hebben?
Bespreek eventueel kort een klassikaal een aantal antwoorden van leerlingen.

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent KWAHERI?
A
hallo
B
tot gauw
C
tot ziens
D
dank je wel

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent KARIBU?
A
sorry
B
welkom
C
tot de volgende keer
D
morgen

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zeg je alsjeblieft in het Swahili?
A
Poa
B
Mbaya
C
Tafadhali
D
Hivi hivi

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent MAMBO?
A
mooi
B
vandaag
C
vanavond
D
hoe gaat het?

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zeg je: hoe gaat het met je?
A
Habari gani
B
hapana
C
Samahani
D
salama

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zeg je :dank je wel?
A
Sawa
B
Jambo
C
Mzuri sana
D
Asante sana

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

OPDRACHT
Schrijf in je schrift. 
Swahili les 1: Wat ik geleerd heb: 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions