Startrekenen Vooraf H6 Geld Les 3

Hoofdstuk 6 geld
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 6 geld

Slide 1 - Diapositive

doelen
Ik tel geld bij elkaar op.
Ik wissel geld.
Ik schat hoeveel geld het is.

Ik betaal (gepast) met de geld.
Ik kan geld terugbetalen.

Slide 2 - Diapositive

lesinhoud
geld 
geld tellen
geld schatten
wisselgeld



Slide 3 - Diapositive

de euromunten

Slide 4 - Diapositive

de eurobiletten

Slide 5 - Diapositive

          =
                        is evenveel waard als

1 euro = 100 cent                              50 cent + 50 cent = 100 eurocent


Slide 6 - Diapositive

geld optellen

stap 1 : Tel de euro's op.

stap 2 : Tel de centen op.

stap 3 : Tel de euro en centen op.

Slide 7 - Diapositive

geld optellen
stap 1 : Tel de euro's op.
20 + 10 + 5 = 35       2 + 1 = 3         35 + 3 = 38

stap 2 : Tel de centen op.
10 + 10 + 10 + 5 + 1 + 1 = 37

stap 3 : Tel de euro en centen op.                        € 37,38

Slide 8 - Diapositive

geld schatten

Als je iets gaat kopen, kun je schatten of je genoeg geld hebt.
                                                         ≈ 
Je gebruikt hierbij de woorden: bijna of ongeveer.

Slide 9 - Diapositive

Hoeveel kost het (ongeveer)?

Slide 10 - Question de remorquage

Hoeveel kost het (ongeveer)?

Slide 11 - Question de remorquage



                         =                                    =                                    =
               bijna € 3,-               bijna € 4,50                   bijna € 9,-
€ 2,78
€ 4,49
€ 8,90

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

gepast betalen

Slide 14 - Diapositive

gepast betalen
= precies het bedrag betalen

Slide 15 - Diapositive

€ 4,80

Slide 16 - Diapositive

wisselgeld
Als je niet gepast betaalt, krijg je geld terug.
Dit noem je:

Slide 17 - Diapositive

wisselgeld
om uit te rekenen hoeveel wisselgeld je krijgt,
kun je aanvullen. (ofwel: doortellen).
Als je niet gepast betaalt, krijg je geld terug.
Dit noem je:

Slide 18 - Diapositive

€ 4,80
Je geeft:





Je krijgt terug:

Slide 19 - Diapositive

Vragen?

Slide 20 - Diapositive

Aan het werk
1. Maak: opdracht 15 t/m 27
2. Klaar? Laat je boek controleren bij de docent
3. Maak: Studiemeter hoofdstuk geld
4. Klaar? Laat het werk controleren bij de docent

Slide 21 - Diapositive