1.2 Westerse Wereld

Westerse wereldrijken
1.2
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Westerse wereldrijken
1.2

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Waardoor nam de productie toe?

Slide 4 - Carte mentale

Waar haalden ze de grondstoffen vandaan?

Slide 5 - Carte mentale

Wat zijn kolonies?

Slide 6 - Question ouverte

Suriname hoorde vroeger bij Nederland. Was Suriname dan een kolonie van Nederland?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

De provincie Utrecht hoort ook bij Nederland. Is dat dan ook een kolonie?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

2

Slide 9 - Vidéo

Geroofde kunst uit voormalige koloniën moet worden teruggegeven
ja
nee

Slide 10 - Sondage

Slide 11 - Diapositive

Imperialisme
Imperialisme = Europese landen veroverden meer macht in Azië en Afrika na 1870 waardoor grote koloniale rijken ontstonden

Slide 12 - Diapositive

Hoe heet het veroveren van gebieden door een ander land, meestal om er handel mee te drijven?
A
imperialisme
B
industriële revolutie
C
kolonialisme
D
urbanisatie

Slide 13 - Quiz

Hoe heet het veroveren van gebieden in Azië en Afrika door Europese landen, meestal om die gebieden te gaan besturen?
A
imperialisme
B
industriële revolutie
C
kolonialisme
D
urbanisatie

Slide 14 - Quiz

Imperialisme in Afrika
Europese landen vochten om de verdeling van Afrika. 

Oplossing: zelf grenzen tekenen.

Welke landen hadden het meeste gebied in Afrika?

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Imperialisme in Azië
Japan had zelf industrie, dus kon landen veroveren.
 
Europa had ook veel invloed in China.

 Waar was Nederland de baas?

Slide 17 - Diapositive

Nederlandse wereldrijk
Koninkrijk der Nederlanden.

Welke landen?


Nederland, België, Nederlands-Indië, Suriname en Nederlandse Antillen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Westerse wereldrijken
1.2

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Wat zijn kolonies?

Slide 23 - Question ouverte

Indonesië (Sulawesi, Sumatra, Java etc.)
Rubber- en tabaksplantages. Op Java dwongen Nederlanders boeren om suiker en koffie te verbouwen, en aan Nederland te leveren. 

Suriname en eilanden in Midden-Amerika
Slavernij op katoenplantages. Ruwe katoen werd gebruikt voor de Nederlandse textielindustrie.

Slide 24 - Diapositive

Wat is imperialisme?

Slide 25 - Question ouverte

Imperialisme
Imperialisme = Europese landen veroverden meer macht in Azië en Afrika na 1870 waardoor grote koloniale rijken ontstonden

Slide 26 - Diapositive

Imperialisme in Azië
Japan had zelf industrie, dus kon landen veroveren.
 
Europa had ook veel invloed in China.

 Waar was Nederland de baas?

Slide 27 - Diapositive

🏵
🌴
🌴
🌴
🕳
🌴
🕳
🛢
🛢
🛢
Koffie
☕️
⚽️
🌴
🍚
🍚
🍚
🍚
🖇
🖇
🚬
🌴
🚬
Goud
🏵
🌴
🛢
🌴
🌴
☕️
🛢
🌴
🍭
🏵
🏵
☕️
Palmolie
🌴
Tabak
🚬
Aardolie
🛢
Suikerriet
🍭
Kolen
🕳
Rubber
⚽️
Rijst
🍚
Tin
🖇
Thee
🍵
🍵
🍵

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Lien

Slide 30 - Vidéo

Slide 31 - Diapositive

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 32 - Question ouverte

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 33 - Question ouverte

Welke twee redenen zijn volgens de verslaggever belangrijk in het teruggeven van geroofde kunst?

Slide 34 - Question ouverte

Wat zal de reden kunnen zijn dat het British Museum de stukken enkel wil uitlenen?

Slide 35 - Question ouverte

Welke twee redenen zijn volgens de verslaggever belangrijk in het teruggeven van geroofde kunst?

Slide 36 - Question ouverte

Wat zal de reden kunnen zijn dat het British Museum de stukken enkel wil uitlenen?

Slide 37 - Question ouverte

Welke twee redenen zijn volgens de verslaggever belangrijk in het teruggeven van geroofde kunst?

Slide 38 - Question ouverte

Wat zal de reden kunnen zijn dat het British Museum de stukken enkel wil uitlenen?

Slide 39 - Question ouverte

Imperialisme
Afzetmarkten = gebied waar producten verkocht werden

Europeanisering = verspreiding van de Europese cultuur, talen, geloof en gebruiken



Slide 40 - Diapositive