B&F, Spelling, blok 5 week 3 les 3

• Spelling
• Basisschool
• Groep 6

Spelling

Blok 5 week 3 les 3
Doel: de persoonsvorm vinden met de tijdproef

Schrijf de zin over en zet de hoofletter en leesteken op de goed plek.

wat is het toppunt van nieuwsgierigheid

Wat is het toppunt van nieuwsgierigheid?

Bedenk een antwoord op het raadsel.

Wat is het toppunt van nieuwsgierigheid?

Antwoord: Het toppunt van nieuwsgierigheid is door het sleutelgat van een glazen deur kijken. 

Het toppunt van nieuwsgierigheid is door het sleutelgat van een glazen deur kijken.

Welke woordsoorten zijn sleutelgat en deur?

1. hulpwerkwoord
2. voltooid deelwoord
3. zelfstandig naamwoord
4. voorzetsel

sleutelgaten

1. enkelvoud
2. meervoud

deur

1. enkelvoud
2. meervoud

Het toppunt van nieuwsgierigheid is door het sleutelgat van een glazen deur kijken.

Welke woordsoort is glazen?

1. hulpwerkwoord
2. bijvoeglijk naamwoord
3. zelfstandig naamwoord
4. stoffelijk bijvoeglijknaamwoord

Het toppunt van nieuwsgierigheid is door het sleutelgat van een glazen deur kijken.

Welk woordsoort is door?

1. voegwoord
2. voorzetsel
3. bijvoeglijk naamwoord
4. lidwoord

Noem 3 voegwoorden

Wat is het voegwoord?
Ik kijk door het sleutelgat, omdat ik nieuwsgierig ben.

Bij welke twee voegwoorden komt er geen komma in de zin?
(2 antwoorden)

1. en
2. als
3. dus
4. of

Instructie

De persoonsvorm is het werkwoord in de zin dat zegt wat iets of iemand doet. Je vindt de persoonsvorm door de vraagproef. Als je van de zin een vraagzin maakt, komt de persoonsvorm vooraan te staan. 

Tijdproef: als de zin van tijd verandert, verandert ook de persoonsvorm. 
Mama schreeuwde: 'Die Franse muziek was echt verschrikkelijk!'

Ik doe de tijdproef. Ik verander de zin van tijd. De persoonsvorm verandert ook: Mama schreeuwt: 'Die Franse muziek is echt verschrikkelijk!'

Verander de zin van tijd. (Kijk goed of je er tegenwoordige of verleden tijd van moet maken.):

Wat is het toppunt van nieuwsgierigheid?

Wat is het toppunt van nieuwsgierheid?
Noem de persoonsvorm:

1. wat
2. is
3. het toppunt
4. van

Oefendictee

Stappenplan
1.  Luister naar het woord
2. Zeg het hardop na
3. Denk na, welke categorieën zitten erin?
4. Typ het woord in
5. Controleer het woord
--> ga daarna verder, door op het pijltje te klikken

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Verander de zin van tijd. (Kijk goed of je er tegenwoordige of verleden tijd van moet maken.):
Ik had de houten leuning stevig vast, terwijl ik van de trap liep.

Wat zijn de persoonsvormen?

1. ik
2. had
3. liep
4. vast

Wat zijn de onderwerpen?

1. had
2. liep
3. Ik
4. Ik

Ik had de houten leuning stevig vast, terwijl ik van de trap liep.

Welk woordsoort is: leuning?

1. zelfstandig naamwoord
2. bijvoeglijk naamwoord
3. voorzetsel
4. voegwoord

Ik had de houten leuning stevig vast, terwijl ik van de trap liep.

Welk woordsoort is: houten?

1. zelfstandig naamwoord
2. stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
3. voorzetsel
4. voegwoord

Erdal was onvoorzichtig met de glazen lamp, maar gelukkig viel hij niet kapot.

Welk woordsoort is: van?

1. zelfstandig naamwoord
2. stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
3. voorzetsel
4. voegwoord

Ik had de houten leuning stevig vast, terwijl ik van de trap liep.

Welk woordsoort is: terwijl?

1. zelfstandig naamwoord
2. stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
3. voorzetsel
4. voegwoord

Moet voor het woord 'terwijl' een komma?

1. ja, want het is een voegwoord
2. nee, want het is geen voegwoord

Goed gewerkt!