2ma ( ontkennen en vraagwoorden)

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

2ma herhaling voor de formatieve toets

Welke onderdelen nemen we nog eens door?

1. vraagwoorden
2. ontkennen

Maar eerst nog even 4 werkwoord vragen ;)

Vertaal: wij hebben gehad

Vertaal: jij bent geweest

Vertaal: ik heb gegeven

Vertaal: Hij houdt van

______________________ s’appelle ta cousine? Elle s'appelle Michelle

kies het juiste vraagwoord

1. comment
2. pourquoi
3. qui
4. quand

Tu vas ______? à l'école!

1. qu'est-ce que
2. quand
3. comment
4. où

Tu as______________________ de cousines? J'ai cinq cousines

1. combien
2. comment
3. quand
4. qu'est-ce que

Let goed op!

We gaan nu ontkennen

stap 1: zoek het 1e werkwoord van de zin. Niet het eerste woord van de zin.
2. Zet ne of n' ervoor
3. zet de uitgang erachter ( bijv pas encore/ jamais/ rien/ pas)

Mon petit frère est malade (niet meer)

Demain, il peut aller au collège.
(nog niet) ____________________________

Ses copains Louis et Gerard sont malades (nooit)