5. stap 7 tot en met 9 KC-methode + stappen sterk

KC refractie
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
OptiekMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

KC refractie

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen KC-refractie // zwak
  1. Beginvisus bepalen.
  2.  Sferische correctie // hoogste glas + hoogste visus.
  3. Instellen van het werkastigmatisme.
  4. Bepaling globale cilinder-as richting.
  5. Correctie cilindersterkte.
  6. Bepaling nauwkeurige as-richting.
  7. Controle cilindersterkte & as-richting.
  8. Controle sferische sterkte.
  9. Rood-groenproef.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De beginvisus is 0.4, met welk glas begin je de refractie?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Je besluit om te KC-en vanuit 'zuiver gemengd astigmatisme', wat is hiervan het voordeel?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Je bent bezig met de globale as-bepaling.
De klant geeft aan een voorkeur te hebben voor 180 graden en voor 45 graden.
Op welke as plaats je de cilinder?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Je bent bezig met de globale as-bepaling.
De klant geeft aan een duidelijke voorkeur te hebben voor 90 graden en een lichte voorkeur voor 45 graden.
Op welke as plaats je de cilinder?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De visus bij hg + hv is 0.9.
Welke cilindersterkte plaats je als eerste in?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen KC-refractie // zwak
  1. Beginvisus bepalen.
  2.  Sferische correctie // hoogste glas + hoogste visus.
  3. Instellen van het werkastigmatisme.
  4. Bepaling globale cilinder-as richting.
  5. Correctie cilindersterkte.
  6. Bepaling nauwkeurige as-richting.
  7. Controle cilindersterkte & as-richting.
  8. Controle sferische sterkte.
  9. Rood-groenproef.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

6. Bepaling nauwkeurige asrichting
Hoeveel graden mag je afwijken?
Om de tolerantie binnen 0,25 te houden, mag je bij het inslijpen van de glazen de as niet meer dan 5 / C in graden naar elke zijden afwijken.

  • een lage cilinder mag dus meer afwijken dan een hoge cilinder.

Voorbeeld:
Cilinder van C -1.00
>> 5 / 1 = 5 graden; de cilinder mag naar beide kanten 5 graden afwijken.

Slide 9 - Diapositive

KC = 2 x sin 15
KC = 2 x 0,259
KC = 0,518 --> KC 0,50

Beide brandlijnen verplaatsen 0,50 dpt.
De totale KC fout is  S +0.52 = C -1,04
KC-fout bereken
Met de volgende formule kun je de ontstane fout door een verkeerde as exact berekenen.




KC = resultante KC fout
Hoek a = asverdraaiing >> de hoek tussen de oogfoutcilinder (C+as) en de foute cilinderas (C-as)
 KC = C x sin a

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

KC-fout bereken
Voorbeeld I:
Benodigde correctie: S +0.75 = C -2.00 as 60
Correctie pasbril: S +0.75 = C -2.00 as 45

Bereken de KC fout
 KC = C x sin a

Slide 11 - Diapositive

KC = 2 x sin 15
KC = 2 x 0,259
KC = 0,518 --> KC 0,50

Beide brandlijnen verplaatsen 0,50 dpt.
De totale KC fout is  S +0.52 = C -1,04
KC-fout bereken
Voorbeeld II:
Werkelijke cilinder moet 170 (C+as) zijn.
De correctiecilinder (C-as) is in de 180 gezet.

Aan de hand van de SF0D kun je berekenen waar de brandlijnen komen door de verkeerd geplaatste cilinder.
 KC = C x sin a
voorbeeld SF0D + opdracht 5 + 6 

Slide 12 - Diapositive

KC = 2 x sin 15
KC = 2 x 0,259
KC = 0,518 --> KC 0,50

Beide brandlijnen verplaatsen 0,50 dpt.
De totale KC fout is  S +0.52 = C -1,04
8. Controle sferische sterkte
Je controleert of het brandpunt daadwerkelijk op het netvlies ligt.

Positief glas voorhouden: geven bij beter en gelijk.
Negatief glas voorhouden: alleen geven bij visusverbetering.

Wanneer sferisch verandert, dan controleer je opnieuw met de KC de cilindersterkte en cilinderas.

Doorgaan tot geen verschil meer aanwezig is tussen de cilindersterkte / cilinderas / sferische sterkte.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Rood-groen proef
De rood-groen proef wordt gedaan als eindcontrole van de sferische sterkte.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Rood-groen proef
Vragen die je kunt stellen:
  • U ziet een rood en een groen vlak. In welk vlak zijn de cijfers/letters zwarter?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Rood-groen proef
Antwoord gelijk
  • S +0.25 voorhouden.
>> letters in het rode vlak zijn beter = juiste antwoord, niet geven.

       >> maakt geen verschil = geven en doorgaan.
       >> S + laten zitten en daarna visus controleren op de letters.

  • S -0.25 voorhouden.
>> letters in het groene vlak zijn beter = juiste antwoord, niet geven.
>> maakt geen verschil = niet geven.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Rood-groen proef
Antwoord rood
  • S -0.25 voorhouden.
>> letters in het groene vlak zijn beter = niet geven, klaar.
>> letters in groen en rood zijn gelijk = niet geven.
      terug naar de optotypen en S -0.25 voorhouden; alleen geven bij visusverbetering.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Rood-groen proef
Antwoord groen
  • S +0.25 voorhouden.
>> letters in het rode vlak beter = glas geven.
      visus controleren op de optotypen.

>> letters in groen en rood zijn gelijk = geven, doorgaan met S +0.25 voorhouden tot rood beter          wordt.
      visus controleren op de optotypen.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen KC-refractie // sterk
                         1. Beginvisus bepalen.
                         2. Sferische correctie // hg + hv.

                         3. Voorkeursrichting bepalen op de stralenkrans.
                         4. Brandlijncontrole // S +1,00, S +2,00, S +3,00.
                         5. Vlijen.
                         6. 2/3 geschatte cilindersterkte plaatsen.

                         7. Correctie cilindersterkte met de KC.
                        8. Cilinderassen controleren.
                        9. Controle cilindersterkte + cilinderas, tot geen verschil.

                      10. Sferische nacontrole.
                      11. Rood-groen proef.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rood-proef
Wanneer de rood-groen proef geen betrouwbaar antwoord geeft, dan kun de je rood-proef uitvoeren.

Met de rood-proef schakel je de accommodatie uit.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rood-proef
>> voer de rood-groen proef uit.
>> groen beter = S +0,25 geven; tot gelijk (of rood beter).

>> rood beter of gelijk? = geen S -0.25 geven!

>> laat de klant naar het rode vlak kijken.
>> de klant gaat (S +0.25) accommoderen.
>> Houdt S +0.25 voor; de accommodatie wordt losgelaten.

Vraag:
"Let op de cijfers in het rode vlak, wordt het beter, slechter of blijft het gelijk?"

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rood-proef
Het voorhouden van S +0.25 herhaal je zo vaak tot de klant aangeeft dat de cijfers in het rode vlak slechter worden.

Op een zeker moment ligt het rode brandpunt 0,1 mm voor het netvlies.
Vanuit die positie ga je S +0,50  terug.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen KC-refractie // zwak
                              1. Beginvisus bepalen.
                             2. Sferische correctie // hoogste glas + hoogste visus.
                             3. Instellen van het werkastigmatisme.

                            4. Bepaling globale cilinder-as richting.
                            5. Correctie cilindersterkte.
                            6. Bepaling nauwkeurige as-richting.
                            7. Controle cilindersterkte & as-richting.

                            8. Controle sferische sterkte.
                           

                            9. Rood-groenproef.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappen KC-refractie // sterk
                         1. Beginvisus bepalen.
                         2. Sferische correctie // hg + hv.

                         3. Voorkeursrichting bepalen op de stralenkrans.
                         4. Brandlijncontrole // S +1,00, S +2,00, S +3,00.
                         5. Vlijen.
                         6. 2/3 geschatte cilindersterkte plaatsen.

                         7. Correctie cilindersterkte met de KC.
                        8. Cilinderassen controleren.
                        9. Controle cilindersterkte + cilinderas, tot geen verschil.

                      10. Sferische nacontrole.
                     
                      11. Rood-groen proef.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions