Paragraaf 6.3

belasting op shoppen?
Terugblik
BTW
Berekenen van btw en consumentenprijs
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

belasting op shoppen?
Terugblik
BTW
Berekenen van btw en consumentenprijs

Slide 1 - Diapositive

§ 5.3 Belasting op shoppen?
Leerdoelen:
  • Je weet wat btw is
  • Je weet wat accijns is
  • Je weet wat de consumentenprijs is en hoe je deze berekent
  • Je weet wat subsidie en accijns is 

Slide 2 - Diapositive

Btw (1)

Slide 3 - Diapositive

Samen met een vriendin ga je dag je naar de dierentuin. Je
koopt online een entreekaartje. Op de afrekening zie je dat je
ook btw hebt betaald. 


Btw
=
Belasting Toegevoegde Waarde

Slide 4 - Diapositive

§ 5.3 Belasting op shoppen?
Btw is de belasting die de winkelier moet optellen bij de
verkoopprijs. Als je iets koopt, betaal je als consument
altijd btw. Een andere naam voor btw is omzetbelasting.

Het btw-tarief is voor de meeste producten 21%

Voor basisbehoeften als levensmiddelen en
geneesmiddelen betaal je 9% (voor 2019 was dit nog 6%)

Slide 5 - Diapositive

Verkoopprijs jas € 125 en btw is 21%.
Bereken de consumentenprijs
( Verkooprijs + BTW )
  1. BTW berekenen:
    € 125 : 100 x 21% = € 26,25 
  2. of 21% :100 x 125 = 26,25 euro
  3. Consumentenprijs berekenen
    € 125 + € 26,25 = € 151,25

Slide 6 - Diapositive

Jipp verkoopt kleding. Haar rokjes hebben een verkoopprijs
van € 25 (exclusief btw). De btw is 21%. Wat is de consumentenprijs?

Slide 7 - Question ouverte

Hoeveel procent btw betalen we voor de volgende producten?
21%
21%
6%
6%

Slide 8 - Question de remorquage

Wat betekent de afkorting BTW?

A
Belasting Totale Waarde
B
Belasting Toegevoegde Waarde
C
Bruto Totale Waarde
D
Bruto Toegevoegde Waarde

Slide 9 - Quiz

Tim verkoopt t-shirts. Zijn verkoopprijs is 230 euro. BTW is 21%. Bereken de consumentenprijs.

Slide 10 - Question ouverte

is verkoopprijs inclusief btw of exclusief btw?
A
inclusief
B
exclusief

Slide 11 - Quiz

Wat is de consumentenprijs?
A
verkoopprijs zonder btw
B
de btw
C
verkoopprijs met btw
D
inkoopprijs

Slide 12 - Quiz

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 13 - Quiz

Van je brutoloon betaalt je werkgever loonbelasting en
A
sociale premies
B
winstbelasting
C
vermogenbelasting
D
btw

Slide 14 - Quiz

Wat is subsidie?

Subsidie...
A
is een bijdrage van de overheid
B
is hetzelfde als accijns
C
moet je betalen aan de overheid
D
maken producten duurder

Slide 15 - Quiz

Wat is accijns?
A
extra belasting
B
financiele bijdrage
C
huur
D
brandstof

Slide 16 - Quiz