r2k2mg 6.2 Erfelijkheid en evolutie: erfelijke eigenschappen

6.2 Erfelijke eigenschappen
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

6.2 Erfelijke eigenschappen

Slide 1 - Diapositive

6.2 Erfelijkheid en evolutie
Vorige les:
genotype = jouw unieke erfelijke code in je cellen (in je chromosomen/DNA)
fenotype = hoe je eruit ziet

DNA-onderzoek

Slide 2 - Diapositive

6.2 Erfelijke eigenschappen
Ieder mens heeft duizenden eigenschappen.
De erfelijke informatie over deze eigenschappen liggen in de chromosomen/DNA

Een mens heeft 46 chromosomen. Deze liggen in paren in het DNA (2x23 = 46). (= in tweetallen)

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

6.2 Erfelijke eigenschappen
Chromosomen bestaan uit verschillende genen.
1 gen bevat de erfelijke informatie van 1 eigenschap.

Genen komen net als chromosomen voor in paren = genenpaar

Alle genen bij elkaar = genotype

Slide 6 - Diapositive

6.2 Erfelijke eigenschappen
Ook in de kernen van geslachtscellen (eicellen en zaadcellen) komen chromosomen voor.
In geslachtscellen komen de chromosomen NIET in paren voor, maar enkelvoudig

Een eicel of een zaadcel bevat dus 23 chromosomen
(de helft van 46)

Slide 7 - Diapositive

6.2 Erfelijke eigenschappen
Bij bevruchting van een eicel door een zaadcel smelten de kernen samen. De chromosomen komen dan bij elkaar.
Dan bevat de lichaamscel weer 46 chromosomen (23 + 23)

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

6.2 Erfelijke eigenschappen
Als je groeit worden er nieuwe lichaamscellen gemaakt. Deze worden gemaakt d.m.v. celdeling.
Een moedercel deelt zich in twee dochtercellen.

Hierbij verandert de samenstelling van de erfelijke eigenschappen NIET. Alle cellen hebben dezelfde erfelijke informatie.


Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

VRAGEN??

Slide 13 - Diapositive

zelf aan de slag
opdracht 8, 9, 10 en 13 maken

Klaar? Laat het zien. Is het goed genoeg, dan mag je gaan.

Slide 14 - Diapositive