zakelijk lezen les 2

I
Elke langere tekst is opgebouwd uit een inleiding, een middenstuk en een slot. Deze delen zijn weer opgebouwd uit alinea’s. Een alinea bestaat uit meerdere zinnen en regels. In deze paragraaf leer je welke informatie je in een inleiding, middenstuk en slot kunt vinden. Ook leer je wat een alinea, regel en zin is.


Nederlands
Lezen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

I
Elke langere tekst is opgebouwd uit een inleiding, een middenstuk en een slot. Deze delen zijn weer opgebouwd uit alinea’s. Een alinea bestaat uit meerdere zinnen en regels. In deze paragraaf leer je welke informatie je in een inleiding, middenstuk en slot kunt vinden. Ook leer je wat een alinea, regel en zin is.


Nederlands
Lezen

Slide 1 - Diapositive

Je weet …
wat het verschil is tussen een zin en een regel;
wat een alinea is;
hoe je het onderwerp van een tekst vindt;
wat een inleiding is;
wat verkennend lezen is.

Slide 2 - Diapositive

Je leest met een doel
 Dit heet ook wel het leesdoel.
Er zijn verschillende leesdoelen:

Je bent op zoek naar informatie.
Je leest voor je plezier.
Je wilt de inhoud begrijpen.
Je wilt de inhoud onthouden.

Slide 3 - Diapositive

 verkennend lezen

Lees de titel. 
Lees de tussenkopjes.
Lees opvallende woorden.
Lees de eerste alinea.
Bekijk de afbeeldingen.
Bekijk de bron.

Slide 4 - Diapositive

Inleiding, middenstuk en slot
De inleiding bestaat meestal uit één alinea.
In de inleiding wordt de aandacht van de lezer getrokken.
In de inleiding wordt het onderwerp aangekondigd.

Slide 5 - Diapositive

Je hebt geleerd…
wat het verschil is tussen een zin en een regel;
wat een alinea is;
hoe je het onderwerp van een tekst vindt;
wat een inleiding is;
wat verkennend lezen is.

Slide 6 - Diapositive

Bij verkennend lezen, lees je de tekst:
A
Helemaal
B
gedeeltelijk

Slide 7 - Quiz

Uit welke alinea('s) bestaat de inleiding?
A
Alinea 1
B
Alinea 2
C
Alinea 3
D
Alinea 4

Slide 8 - Quiz

Waaraan kun je een alinea herkennen?
A
een witregel
B
een ingesprongen begin van de zin
C
een nieuwe zin begint op een nieuwe regel
D
A,B, en C

Slide 9 - Quiz

Wat is het verschil tussen een regel en een zin?
A
Een regel zijn een aantal woorden die op een horizontale lijn staan. Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt of leesteken.
B
Een zin zijn woorden die op een horizontale lijn achter elkaar staan. Een regel begint met een hoofdletter en eindigt met een punt of leesteken.

Slide 10 - Quiz

Hoe herken je een alinea
A
aan de groene letters
B
aan een punt
C
beginnen altijd op een nieuwe regel en springt soms in
D
aan het einde van de zin

Slide 11 - Quiz

Wat is de bron van een tekst?
A
de alinea van een tekst
B
waar de tekst vandaan komt
C
het einde
D
waar de tekst begint

Slide 12 - Quiz

Maak de opdrachten van 2.5 zakelijk lezen
Deel A,B,C en D
Alles klaar? 
Kijk het goed na en maak daarna deel F

Slide 13 - Diapositive