Rekenen D1 Paragraaf 1.8

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1-4

                                                          Welkom!

Vak: Rekenen mbo niveau 4

Blok 1 les 8

Hoofdstuk 1 Grootheden en eenheden

Paragraaf 1.8 Gemengde opgaven

Domein 1

Toets 1

Domein 2

Toets 2

Domein 3

Toets 3

Domein 4

Toets 4

Domein 5

Examen

Lezen H1

Groep: PBSD 

Vak: Nederlands blok 1

Docent: mevrouw K. van Zaalen

Les 1	Les 2	Les 3	Les 4	Les 5	Les 6	Les 7	Les 8	Les 9	Les 10
Introductie	Par. 1.1	Par. 1.2	Par. 1.3	Par. 1.4	Par. 1.5	Par. 1.6	Par. 1.7	Par. 1.8	TOETS

	Wat gaan we doen?
Starten	Opstarten van de les
Voorbereiding	Voorbereiden toetsweek
Kennis trainen	Maken (selectie van) opdrachten par. 1.8
Kennis checken	Nabespreken (selectie van) opdrachten par. 1.8
Afronden	Beantwoorden van individuele vragen

Volgende week is het toetsweek!

We ronden ieder domein af met een verplichte toets. De toets duurt ongeveer 45 minuten. Voor die toets krijg je een cijfer. Dat cijfer geeft je een beeld van hoe goed je de lesstof van dit domein beheerst. De bevraging in de toets lijkt verder op die van het examen rekenen nieuwe stijl. Je slaat dus eigenlijk twee vliegen in één klap. De toets worden beoordeeld door je vakdocent en die geeft je ook persoonlijke feedback.

High score!

Studenten van de vorige lichting beoordeelden de persoonlijke feedback met een 8,3!

Wanneer kan je de toets maken?

De domeintoets wordt 24 uur vóór de start van de normale lestijd in LessonUp geopend. Je hebt dus een dag de tijd om de toets te maken. En je kan er ook ´s avonds aan werken! De les van volgende week vervalt. Die gebruik ik om je toets te beoordelen.

Let op! Alleen als je alle opdrachten van de toets serieus hebt gemaakt en die hebt ingeleverd, word je voor volgende week op aanwezig en actief gezet. 

Aan het werk via de korte route

• Blijf ingelogd in ZOOM.
• Zet het geluid van de les uit.
• Maak de eindtoets D1 van NUR niveau 4.
• Lever de gemaakte opdrachten in.
• Meld je af via de chat.

 

naar de online leeromgeving

Voortgang

Ik volg tijdens de les de voortgang van je opdrachten.

83737 dinsdag

13922 donderdag

77688 vrijdag

Opdracht 2

2a. Hoe laat moet Sofie van huis vertrekken als zij 8 minuten voor het vertrek van de metro op het metrostation wil zijn?

1. 11:26 uur
2. 11:24 uur
3. 11:22 uur
4. 11:18 uur

2b. Hoeveel minuten is Sofie in totaal onderweg? Reken vanaf huis tot aan het huis van de vriendin.

1. 97 minuten
2. 105 minuten
3. 120 minuten
4. 146 minuten

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 2a [3p]

11:34 - 8 - 8 = [1p] 11:18 [1p] uur [1p]

Opdracht 2b [3p]

11:34 - 12:00 uur = 26 minuten 

12:00 - 13:29 uur = 1 uur en 29 minuten

1 uur en 29 minuten = 89 minuten

89 + 26 + 8 + 8 + 15 = [1p] 146 [1p] minuten [1p]

Opdracht 4

4a. Hoeveel uur werkt Gerda in april?

1. 64 uur
2. 67, 75 uur
3. 72,5 uur
4. 78,5 uur

4b. Hoeveel uur werkt Gerda in mei meer dan in april?

1. 3,75 uur
2. 4,5 uur
3. 8,25 uur
4. 9 uur

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 4a [3p]

8 x 3,75 = 30 uur

8 x 4,5   = 36 uur

1 x 6,5   = 6,5 uur

30 + 36 + 6,5 = [1p] 72,5 [1p] uur [1p]

Opdracht 4b [1p]

Gerda heeft 1 maandag méér gewerkt dan in april.

3,75 + 4,50 = [1p] 8,25 uur [1p]

Pauze

Opdracht 5

5a. Hoeveel kilogram vervoert Johan in totaal?

1. 630 kg
2. 780 kg
3. 1260 kg
4. 1410 kg

5b. Welk rijbewijs heeft Johan nodig?

1. rijbewijs B
2. rijbewijs B + code 96
3. rijbewijs BE
4. Ik weet het niet

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 5 [3p]

630 kg x 2 + 150 kg = [0,5p] 1410 kg [0,5p] 

Johan heeft rijbewijs BE nodig. [2p]

Opdracht 6

6a. Hoeveel m3 gas heeft Onno in 2020 verbruikt? Rond af op een geheel getal.

1. 1205,9 m3
2. 1206 m3
3. 12059 m3
4. 12060 m3

6b. Hoeveel heeft Onno in 2020 gemiddeld per maand betaald aan gas?

1. € 81,39
2. € 97,67
3. € 184,00
4. € 976,70

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 6a [3p]

98714,292 - 97508,375 = [1p] 1205,9 = 1206 [1p] m3 [1p] 

Opdracht 6b [2p]

1206 x € 0,81 = € 976,70 : 12 =  [1p] € 81,39 [1p]

In 2022 en 2023 was de prijs voor een m3 gas maandenlang  € 3,00. De actuele gasprijs is ongeveer € 1,25 per m3. 

Pauze

Opdracht 7

7. Wat is de gemiddelde snelheid van de loper in m/s?
Rond af op één decimaal.

1. 3,4 m/s
2. 4,8 m/s
3. 5,6 m/s
4. 5,61 m/s

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 7 [3p] 

42,195 km = 42195 m

2:05:18 uur = 7200 + 300 + 18 = 7518 s

1 : 7518 x 42195  = [1p ] 5,61 = 5,6 [1p] m/s [1p]

afstand in m	42195 m	?
tijd in s	7518 s	1 s

Opdracht 8

De gemiddelde snelheid van een wandelaar is 5 km/h.

8a. In welke maateenheid wordt de afstand aangegeven?

1. in meters
2. in decameters
3. in hectometers
4. in kilometers

8b. Hoe laat komt Jasmijn ongeveer in Westerbork aan?

1. 9:26 uur
2. 10:55 uur
3. 11:50 uur
4. 12:12 uur

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 8 [3p]

60 : 5 x 11,8 = 142 minuten.

142 minuten + 20 minuten = 2 uur en 42 minuten

9:30 uur + 2:42 uur = [1p ]12:12 [1p ] uur [1p ] 

afstand	5 km	11,8 km
tijd	60 min	?

Pauze

Opdracht 12

12. Hoeveel GB is er in de Cloud vrij voor andere opslag?

1. 1,5409 GB
2. 3,4591 GB
3. 4,7652 GB
4. 6,5409 GB

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 12 [3p]

 
566,2 + 519,5 + 455,2 = 1540,9 MB = 1,5409 GB

5 - 1,5409  = [1p ] 3,4591 [1p] GB [1p]

Opdracht 13

13a. In welke maateenheid wordt de doorvaarthoogte van deze hefbrug aangegeven?

1. in meters
2. in decimeters
3. in centimeters
4. in millimeters

13b. Hoeveel meter hoog is het brugwachtershuisje?

1. 2,5 meter
2. 3,5 meter
3. 4 meter
4. 5 meter

13c. Hoeveel meter moet de brug minimaal omhoog als er een schip van 8 meter hoog onderdoor moet?

1. 2,5 meter
2. 3,5 meter
3. 4.5 meter
4. 5,5 meter

8 - 2,5 = 5.5 meter

Pauze

Opdracht 14

14a. Hoeveel meter is de remweg van een auto die 50 km/h rijdt?

Bij deze opdracht kan je liggend geld oprapen. Je hoeft alleen maar te bukken!

1. 18,75
2. 37,5
3. 18,75 meter
4. 37,5 meter

50 : 10 = 5 x 5 = 25 : 4 x 3 = 18,75

of

50 : 10 = 5 x 5 = 25 x 0,75 = 18,75

14b. De remweg van een auto is 108 m. Met welke snelheid reed deze auto?

1. 100 km/h
2. 110 km/h
3. 120 km/h
4. 130 km/h

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 14a [3p] 

50 : 10 x 5 x 5 = 25 x 0,75 = [1p] 18,75 [1p] meter [1p]

Opdracht 14b [3p] 

... km/h : 10 = ... x ... = ... x 0,75 = 108 meter

... km/h : 10 = ... x ... = [144 x 0,75 = 108] meter

... km/h : 10 = [12 x 12 = 144] x 0,75 = 108 meter

[120 km/h : 10 = 12] x 12 = 144 x 0,75 = 108 meter

120 [1p] km/h [1p] : 10 = 12 x 12 = 144 x 0,75 = 108 meter [1p]

Opdracht 15

15a. Hoeveel planten heeft de hovenier nodig voor een rechthoekige border van 8 x 0,5 meter?

1. 24 planten
2. 40 planten
3. 48 planten
4. 80 planten

15b. Hoeveel m2 kan hij vullen met 200 planten?

1. 12 m2
2. 36 m2
3. 60 m2
4. 84 m2

Hoe pak je dat aan bij je examen?

Opdracht 15a [3p] 

8 x 0,5 m = 4 m2 x 15 + 20 =  [1p] 80 [1p] planten [1p]

Opdracht 15b  [3p] 

200 - 20

----------- = 12

    15

200 - 20 = 180 : 15 = [1p] 12 [1p] m2 [1p]

De toetsweek voor studenten mét een gekoppelde licentie

Heb je een licentie en ben je gekoppeld aan de klas? Dan maak je volgende week de twee instaptoetsen voor domein 2. Je bent gemiddeld een uur met de toetsen bezig.

Maak je de instaptoetsen voor domein 2? En heb je die voor het eind van de les ingeleverd? Dan word je op aanwezig en actief gezet.

83737 dinsdag

13922 donderdag

77688 vrijdag

De toetsweek voor studenten zonder gekoppelde licentie

Heb je geen licentie of ben je niet gekoppeld aan de klas? Dan maak je volgende week een oefenexamen. Daar ben je gemiddeld twee uur mee bezig.

Maak je het oefenexamen? En heb je voor het eind van de les een screenshot van je resultaten gemaild aan je vakdocent? Dan word je op aanwezig en actief gezet.

83737 dinsdag

13922 donderdag

77688 vrijdag

Heb je nog een vraag of opmerking?