18122024 alinea's en kernzinnen

Nederlands - AT21

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands - AT21

Slide 1 - Diapositive

  • Je kunt de kernzinnen van alinea's bepalen.
  • Je kunt hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden
Lesdoelen

Slide 2 - Diapositive

Alinea's en kernzinnen

Slide 3 - Diapositive

Alinea's en kernzinnen
De belangrijkste informatie uit een alinea staat in de kernzin. Dat is meestal de eerste zin en soms de laatste. In de rest van de alinea staat dan vaak meer informatie of voorbeelden.

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld
(1) Het begint met gekibbel en het eindigt met grof geweld. Ruziemaken met hun broer of zus kunnen kinderen als de besten. Alle wapens zijn toegestaan: krabben, huilen, stampen, slaan en schreeuwen in alle toonhoogten. Het lijkt wel oorlog. Toch kan een half uur later de vrede zomaar weer getekend zijn.

Slide 5 - Diapositive

Een kernzin is dus een hoofdzaak. Na de kernzin komt dus...
A
Een bijzaak
B
Een hoofdzaak

Slide 6 - Quiz

Hoofdzaak
Bijzaak
Belangrijk
Kernzin
Kan weggelaten worden
Nadere uitleg of voorbeelden

Slide 7 - Question de remorquage

Daarvoor kun je het beste op tijd beginnen met het leren van de moeilijke woorden en het huiswerk voor leesvaardigheid keurig bijhouden. Daarnaast is veel (online) oefenen met spelling aan te raden.
Sleep het woord 'kernzin' naar de kernzin van bovenstaande alinea. Sleep het woord 'bijzaak' naar de bijzaak in bovenstaande alinea.
Als je een voldoende wilt halen voor de eindtoets, moet je je goed voorbereiden. 
Zo kun je gratis oefenen via cambiumned.nl.
kernzin
bijzaak

Slide 8 - Question de remorquage

Omschrijf in je eigen woorden wat een kernzin in.

Slide 9 - Question ouverte

Zo maak je een samenvatting van een tekst:
  • Lees de tekst precies
1. onderstreep tijdens het lezen de hoofdzaken. Let op voorkeursplaatsen. Kijk ook goed naar opvallend gedrukte woorden en signaalwoorden die een tekstverband aangeven.
2. Neem de kernzinnen en andere hoofdzaken over. Maak er een samenhangende tekst van door verbanden te leggen en die aan te geven met signaalwoorden.

Slide 10 - Diapositive

Een kernzin is vaak:
A
De middelste zin van een alinea.
B
De eerste of laatste zin van een alinea.
C
De eerste, tweede of laatste zin van een alinea.
D
De laatste zin van een alina

Slide 11 - Quiz