Woordenschat spreekwoorden en uitdrukkingen

Woordenschat
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Woordenschat

Slide 1 - Diapositive

Deze les
- lesdoel
- startopdracht
- uitleg
- begeleide in-oefening
- aan de slag
- evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Wat is een antoniem?

Slide 3 - Question ouverte

Een antoniem voor inflatie...

Slide 4 - Question ouverte

Een antoniem voor gigantisch...

Slide 5 - Question ouverte

Een antoniem voor anticiperen...

Slide 6 - Question ouverte

releun

Slide 7 - Carte mentale

Wat betekent het woord 'leuren'?
A
proberen iets te verkopen
B
proberen iets te verdoezelen
C
proberen iets te versieren
D
proberen iets te stelen

Slide 8 - Quiz

Wat betekent het woord 'anticiperen'?
A
tegenwerken
B
nakijken
C
bijwerken
D
vooruit kijken

Slide 9 - Quiz

De stoute schoenen...

Slide 10 - Carte mentale

De stoute schoenen aantrekken.
A
Iets doen wat slecht is.
B
Iets doen wat moed vergt.
C
Iets doen wat vervelend is.
D
Lelijke schoenen aantrekken.

Slide 11 - Quiz

Het vereren van verschillende goden, zoals de Grieken en Romeinen deden, heet polytheïsme.

Wat betekent polytheïsme?

Slide 12 - Question ouverte

Welke moeilijke woorden ben je in de vakantie tegengekomen?

Slide 13 - Question ouverte

Wat betekent het woord van de week, denk je:
krimpflatie?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Lien

Lesdoel
Aan het einde van deze les weet  wat een spreekwoord en wat een uitdrukking is.

Aan het einde van deze les weet je wat het verschil is tussen een spreekwoord en een uitdrukking.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met water bij de wijn doen?

Slide 18 - Question ouverte

Uitleg
Een spreekwoord is een uitspraak die een waarheid of een wijsheid bevat. Het wordt figuurlijk bedoeld.
De appel valt niet ver van de boom

Een uitdrukking of gezegde is een vaste combinatie van woorden met een figuurlijke betekenis.
De draak steken met iets

Slide 19 - Diapositive

In-oefening
Zoek online of bedenk in 3 minuten zoveel mogelijk spreekwoorden en uitdrukkingen  met daarin de woorden:
paard, kip of haan.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Aan de slag
Maak opdracht 2, 3, 4, 5, 6, 10, 14, 15 en 16

10 minuten in stilte

Klaar?
Maak vraag 17
timer
10:00

Slide 22 - Diapositive

Lesdoel
Aan het einde van deze les weet wat een spreekwoord en wat een uitdrukking is.

Aan het einde van deze les weet je wat het verschil is tussen een spreekwoord en een uitdrukking.

Slide 23 - Diapositive