Hoofdstuk 9.3 Sparen & lenen

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4,5

In deze les

• De prijs van tijd (rente)
• Enkelvoudige vs Samengestelde interest (rente)
• Nominale vs reële rente
  
• Rentepercentage vs risico/looptijd/financiele markten
• Risico van sparen
• Bureau Kredietregistratie
• Consumptieve kredieten

Eindtermen bij deze paragraaf

Rente als de prijs van tijd

Enkelvoudige vs Samengestelde interest (rente)

Enkelvoudig: vast rente-

percentage over het beginbedrag

| Samengesteld: rentepercentage over 

| hoogte spaarsaldo op dat moment

Samengestelde interest

Formule: K * (1+P)^n = Eindkapitaal

K = Beginkapitaal

P = Perunage (4% = perunage van 0,04)

N = aantal rentetermijnen

Sparen & inflatie

Nominaal vs reëel

RIC = NIC/PIC * 100

Nominale rente = rentepercentage van de bank

PIC = Prijsindexcijfer --> Inflatie als indexcijfer

RIC = Reële rente als indexcijfer

Waar komt rentepercentage vandaan? 

• Looptijd
• Hoogte spaarbedrag
• Financiële markten
• Financiële positie van een bank

Risico's van sparen

• Depositogarantiestelsel
  
• Tot € 100.000,- op Europese bank is gegarandeerd
• Alles daarboven = pech

Bureau Kredietregistratie

Alle leningen in NL staan geregistreerd

Wanbetaler: Dan een officiele 'registratie'

Consumptieve kredieten

• Leningen zonder onderpand (dus hogere rente!)

• Rood staan op je bank (rekening courant krediet)
• Persoonlijke lening (vaak voor concreet doel, zoals auto)
• Doorlopend krediet (Soort bankrekening, maar groter)
• Kopen op afbetaling (TV kopen, aanbetaling + aflossingen)
• Huurkoop (Winkel blijft eigenaar tot laatst betaalde termijn)

Eindtermen bij deze paragraaf

Dit was alweer de 3e lessonup les. Even een tip & top graag hieronder formuleren

Over welk begrip zou je graag wat meer uitleg willen?

Huiswerk

Maken opgave 9.12, 9.13 & 9.15