Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Experiment
Wat kies jij?
Slide 1 - Diapositive
Instructie
Jij hebt een budget van €200,-
Het budget mag je aan de volgende artikelgroepen besteden:
Belminuten: Per minuut
Sport : Per uur
Kleding: Per kledingstuk
Vervoer: Per halte
Eten: Per maaltijd
Slide 2 - Diapositive
Instructie
Slide 3 - Diapositive
Schrijf op hoeveel geld van jouw budget jij wilt besteden aan de diverse producten.
timer
5:00
Slide 4 - Diapositive
Is het gelukt?
Slide 5 - Diapositive
Bereken de hoeveelheid die je van ieder product koopt
timer
1:00
Slide 6 - Diapositive
Is het gelukt?
Slide 7 - Diapositive
Geef aan het product die JIJ het belangrijkst vindt een gewicht van 5, het volgende belangrijkste product een gewicht van 4, etc.
timer
1:00
Slide 8 - Diapositive
Is het gelukt?
Slide 9 - Diapositive
Bereken het nut per product door het gewicht x de hoeveelheid te doen
timer
1:00
Slide 10 - Diapositive
Is het gelukt?
Slide 11 - Diapositive
Bereken het totale nut door alle nutsbijdrage bij elkaar op te tellen 80 + 40 + 12 + 1600 + 20 = 1752
timer
1:00
Slide 12 - Diapositive
Welke behoeften worden er door de verschillende producten bevredigd?
Belminuten:
Sport:
Kleding:
Vervoer:
Eten:
Slide 13 - Diapositive
Welke rol speelden de prijzen bij de verdeling van je budget?
Slide 14 - Diapositive
Dit experiment ging over de aanwending van het middel geld. Je moet vaak kiezen hoe je je geld uitgeeft. Voor welk ander middel moet je vaak kiezen hoe je het aanwendt?