PRO les 5 periode 3

• Pedagogisch werk
• MBO
• Studiejaar 1

PRO Pedagogisch Werk  

Niveau 3 en 4

BBO-project voor de opleiding Pedagogisch Werk

Les: 5

Periode: 3

Studiejaar: 2020-2021

Tijdens de inloop van de les inloggen:

App van LessonUp of via www.lessonup.app 

Inlogcode staat links onderin of in de chat...

Bij aanvang van de les de film opstarten en de studenten de mogelijkheid bieden om in te loggen. Na aanwezigheidscheck door met de volgende dia

Deze week:

Online als klas opstarten: Huiswerk bespreken	5 minuten
Klassikale uitleg opdrachten: 6.1 Individuele opdracht: huishoudelijke taken 6.2 Groepsopdracht: overdrachtsmomenten	10 minuten
Gezamenlijk aan het werk	40 minuten
Online als klas afsluiten	5 minuten

BBO-project Pedagogisch Werk

Vorige keer gewerkt aan Individuele opdrachten 

Deze week bezig met Gezamelijke opdrachten.

Inleveren portfolio

- verzamel alle opdrachten in 1 portfolio. 

- Einde van periode 3 levert iedereen een eigen portfolio in

Opdracht 6.1

De hoofdtaak van een Pedagogisch Medewerker is het verzorgen en opvoeden van de kinderen op de groep. Daarnaast informeren ze ouders/verzorgers omtrent de gang van zaken binnen de groep en specifiek over hun kind. IKC’s en BSO’s houden ook contacten met de scholen van schoolgaande kinderen. Overleggen over bijv. opvallend gedrag of over specifieke thuissituaties. Als PW-er ben je ook verantwoordelijk voor het beheren van voorraden en de hygiëne op de groep. Het verrichten van lichte huishoudelijke handelingen hoort dus ook bij je takenpakket. 

Opvanglocaties werken met protocollen om zo schoon en veilig mogelijk te werken. In deze protocollen staat precies beschreven hoe ze te werk moeten gaan. 

Opdracht 6.1.2

Huishoudelijke taken 

Opdracht:

1. Zoek op internet naar huishoudelijke taken voor een kinderopvang, IKC, BSO en peuterspeelzaal. Vul onderstaand schema in.

2. Wat valt je op? Welke verschillen en overeenkomsten kan je vinden tussen de verschillende soorten opvang? 

1. Zoek op internet naar protocollen over het schoonmaken in de kinderopvang.

2. Kies drie protocollen uit die gaan over het schoonmaken op de groep.

3. Lees de protocollen door en beantwoord de vragen:

A: Waarvoor is het protocol bedoeld?

B: Wie zijn erbij betrokken?

C: Wat staat er vermeld over het pedagogische beleid van de instelling?

D: Lees de stappen door en leg in eigen woorden uit wat de bedoeling is.

Opdracht 6.2 overdrachtsmomenten

Opvanglocaties werken met overdrachtsmomenten. Tijdens het wegbrengen of halen kunnen ouders en Pedagogisch Medewerkers elkaar vragen stellen of de belangrijkste zaken doornemen.

Vaak werken opvanglocaties daarnaast nog met een overdrachtsApp of -schrift. Hierin staat vaak hoe de dag van het kind verlopen is.

6.2 Groepsopdracht: overdrachtsmomenten  

Opdracht:

1. Lees het volgende artikel:

http://www.parenticom.nl/bestanden/menu_Artikel_Haal_meer_uit_het_haal_en_brengmoment.pdf

2. In het artikel wordt aandacht besteed aan de gehaaste ouder. Nicole geeft tips hoe je hiermee om kan gaan. Licht deze tips kort en bondig in eigen woorden toe.

3. Nicole benoemt in dit artikel de verschillen tussen overdrachtsmomenten bij een kinderopvang en een BSO. Licht dit in eigen woorden toe.

6.2 Groepsopdracht: overdrachtsmomenten  

4. Lees de casus van Kevin. Hoe vind jij dat Milou gehandeld heeft? Licht je antwoord toe.

5. Lees de casus van Elke. Wat vind je van de manier waarop Jolien dit aanpakt? Licht je antwoord toe.

6. Lees de casus van Tom en Mieke. Hoe zou jij dit oudergesprek aangaan? Beschrijf zo concreet mogelijk hoe jij dit gesprek zou aanpakken. Schrijf de casus af.

Casus Kevin  

Tijdens een open koffiemiddag van de buitenschoolse opvang staat een schaal op tafel met allerlei luxe koeken. Normaal gesproken mag bij het theedrinken op de groep één van de kinderen met de koektrommel langsgaan en wordt er pas gegeten en gedronken als iedereen te eten en drinken heeft. Maar hoe gaat dit nu? De pedagogisch medewerkers zijn druk met iedereen van koffie te voorzien. Kevin zit bij zijn vader en krijgt een glas limonade. Kevins vader is in gesprek met andere ouders als Kevins blik op de schaal met koeken valt. Eentje ziet er wel bijzonder lekker uit. Kevin vraagt aan zijn vader of hij een koek mag. Vader is met zijn aandacht bij zijn gesprek en reageert een beetje afwezig: ‘Ja, natuurlijk.’ Kevin pakt de koek en begint te eten. Groepsleider Milou ziet dit en spreekt Kevin erop aan dat hij zich niet aan de groepsregel houdt. Milou grijpt in een oudergesprek terug op het gebeurde tijdens de koffieochtend: ’Ik wil het nog even hebben over wat er gebeurde op de koffieochtend toen jij het goed vond dat Kevin het koekje nam. Zou je er in het vervolg aan willen denken dat we hier op de groep andere regels hebben dan thuis? Nu was ik gedwongen om Kevin tot de orde te roepen.’ 

Casus Elke 

Jolien, pedagogisch werker in kinderdagverblijf Knuffels, praat met moeder Tineke over het feit dat Elke iedere dag zo suffig voor zich uit zit te kijken. Heeft Elke misschien slaapproblemen? ‘Gaat Elke wel op een vaste tijd naar bed’, vraagt Jolien. ‘Nou, nee. We eten nogal op wisselende tijden en dan schuift de bedtijd wel eens op’, antwoordt Tineke. ‘Zou dat een probleem voor Elke kunnen zijn’, oppert Jolien, ‘misschien heeft ze dat wel nodig. Hier gaat ze ook op een vaste tijd naar bed en ze heeft hier geen probleem met slapen. We hebben ook een vast ritueel. We zingen eerst samen een liedje. Dat zou je ook kunnen proberen.’

Casus Tom en Mieke 

Tom werkt als pedagogisch medewerker op kinderdagverblijf ‘de Belhamel’. Dit is het kinderdagverblijf waar hij in het laatste jaar van zijn studie stage heeft gelopen. Hij werkt samen met Mieke op groep ‘de Duveltjes’. Deze groep bestaat uit 12 kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. In deze groep zitten 4 kinderen die achterlopen in hun taalontwikkeling, 2 kinderen waarvan de motoriek verder ontwikkeld moet worden en 1 kind dat moeite heeft met samenspel. De andere kinderen ontwikkelen zich volgens normale maatstaven. Tom en Mieke zijn gevraagd om het gesprek hierover aan te gaan met de ouders van de kinderen die achterlopen in hun taal- en motorische ontwikkeling.

Aan het werk

Hoe ver zijn we met de opdrachten?