Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
SPQR thema 1-3 leerdoelencheck
Leerdoelencheck Latijn thema 1-3
1 / 49
suivant
Slide 1:
Diapositive
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
49 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Leerdoelencheck Latijn thema 1-3
Slide 1 - Diapositive
1-3
Slide 2 - Diapositive
Voordat we beginnen... hoe voel je je nu?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 3 - Sondage
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
dat. ev.
dat. mv.
abl. ev.
abl. mv.
gen. ev.
gen. mv.
femin
am
femin
is
femin
a
femin
as
femin
ae
femin
is
femin
ae
femin
a
femin
ae
femin
arum
Slide 4 - Question de remorquage
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
dat. ev.
dat. mv.
abl. ev.
abl. mv.
gen. ev.
gen. mv.
donum
dona
donum
dono
donis
donorum
doni
dona
donis
dono
Slide 5 - Question de remorquage
Noteer het rijtje van rex
Slide 6 - Question ouverte
Groep 1
(femina)
Groep 2
(servus/
donum)
Groep 3
(rex/
nomen)
silentium
custos
turba
pater
Romanus
puella
puer
caput
Slide 7 - Question de remorquage
welke naamval kan 'pugnae' NIET zijn?
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
ablativus
Slide 8 - Quiz
Hoe kun je 'nominibus' NIET vertalen?
A
voor de namen
B
van de namen
C
met de namen
D
door de namen
Slide 9 - Quiz
Welke naamval is 'eum/eam'
A
nominativus
B
ablativus
C
dativus
D
accusativus
Slide 10 - Quiz
Hoe kun je 'ei' NIET vertalen (tenzij je in Brabant woont)?
A
voor hem
B
voor haar
C
zij
D
hun
Slide 11 - Quiz
Welke naamval is 'me'
A
nominativus
B
ablativus
C
dativus
D
accusativus
Slide 12 - Quiz
Hoe kun je 'vobis' vertalen?
A
voor jullie
B
van jullie
C
door ons
D
voor ons
Slide 13 - Quiz
Sleep alle functies en vertalingen naar de naamval waar ze bij horen.
nominativus
genitivus
dativus
accusativus
ablativus
Bijvoeglijke bepaling
Onderwerp
meewerkend voorwerp
lijdend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
vertalen met 'van'
vertalen met 'aan/voor'
vertalen met 'met/door/in'
Slide 14 - Question de remorquage
Slide 15 - Diapositive
Zo, dat was thema 1. Wat is je gevoel tot nu toe?
Ik ben een baas.
Komt wel goed, mevrouw.
Nog maar even wat herhalen...
S.O.S.
Slide 16 - Sondage
Welke werkwoordstam bestaat NIET in het Latijn?
A
a-stam
B
e-stam
C
mk-stam
D
o-stam
Slide 17 - Quiz
Sleep de vormen naar de juiste stam
a-stam
e-stam
i-stam
mk-stam
clamare
amittere
audire
invitare
accendere
regere
tenere
scire
gaudere
Slide 18 - Question de remorquage
Welke vier werkwoordstijden kennen jullie in het Latijn? Schrijf ze alle vier op.
Slide 19 - Question ouverte
Sleep de uitspraken, vormen en vertalingen naar de juiste tijd.
Praesens
Imperfectum
perfectum
Plusquamperfectum
infinitivus op -re
Heeft een imperativus
infinitivus op -isse
ik riep/ik heb geroepen
ik roep
Heeft geen inf. (2 antwoorden!)
ik riep
ik had geroepen
Vocat
vocavit
vocabat
vocaverat
Slide 20 - Question de remorquage
Zet 'amiseras' in het meervoud (houd tijd en persoon gelijk)
Slide 21 - Question ouverte
Zet 'emisti' in het meervoud (houd tijd en persoon gelijk)
Slide 22 - Question ouverte
Wat is het meervoud van 'mitto'?
A
mittunt
B
mittent
C
mittant
D
mittint
Slide 23 - Quiz
Wat is de vertaling van gaudebant?
A
zij is blij
B
zij zijn blij
C
zij waren blij
D
zij zijn blij geweest
Slide 24 - Quiz
Vertaal: spectabamus
Slide 25 - Question ouverte
Vertaal: iusserant
Slide 26 - Question ouverte
Slide 27 - Diapositive
Dat was thema 2. Hoe ben je er nu aan toe?
Slide 28 - Carte mentale
Met welke drie rijtjes van het zelfst. nw. komt de vervoeging van het bijv. nw. type 'longus' overeen?
Slide 29 - Question ouverte
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
dat. ev.
dat. mv.
abl. ev.
abl. mv.
gen. ev.
gen. mv.
fortis
fortes
forti
fortium
fortem
fortibus
fortibus
forti
fortis
fortes
Slide 30 - Question de remorquage
Fortis wordt voor mannelijk/vrouwelijk gebruikt. Wat is de onzijdige vorm van 'fortis'?
A
fortem
B
fortum
C
forte
D
fortium
Slide 31 - Quiz
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm.
Noteer alleen het bijvoeglijk naamwoord.
matrem (bonus)
Slide 32 - Question ouverte
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm.
Noteer alleen het bijvoeglijk naamwoord.
matrem (fortis)
Slide 33 - Question ouverte
Sleep de bijvoeglijke naamwoorden naar het juiste type rijtje
type longus
type fortis/ingens
pulcher
felix
laetus
invitare
novus
illustris
lenis
tristis
Slide 34 - Question de remorquage
Laat de boel congrueren.
nomen
noctes
militum
gladios
ingentes
pulchrum
audacium
obscurae
Slide 35 - Question de remorquage
Laat de boel congrueren.
spectatores
equis
carminibus
mandatum
ferocibus
longis
multi
difficile
Slide 36 - Question de remorquage
Wat is het bijwoord van
longus ?
A
longe
B
longiter
Slide 37 - Quiz
Over welk woord in de zin zegt 'longe' iets?
Miles gladio longe pugnat.
A
miles
B
gladio
C
pugnat
D
allemaal
Slide 38 - Quiz
Welke letter(s) voeg je toe aan de stam om de comparativus te vormen?
A
ior
B
or
C
er
D
e
Slide 39 - Quiz
Welke letter(s) voeg je toe aan de stam 'fort' om de superlativus te vormen?
A
imus
B
errimus
C
issimus
D
illimus
Slide 40 - Quiz
Wat is de superlativus van 'miser'?
A
misimus
B
miserrimus
C
miserissimus
D
miserillimus
Slide 41 - Quiz
Nog eentje dan...
vino
arma
culpam
victorem
similliorem
audacissimum
ingentissima
fortiore
Slide 42 - Question de remorquage
Wat is GEEN vertaalmogelijkheid van de comparativus?
A
groter
B
grootst
C
nogal groot
D
zeer groot
Slide 43 - Quiz
Wat is WEL een vertaalmogelijkheid van de superlativus?
A
te groot
B
zeer groot
C
nogal groot
D
zo groot
Slide 44 - Quiz
Vertaal 'quam fortissimus'
Slide 45 - Question ouverte
Wat is het bijwoord van
longior?
A
longiore
B
longioriter
C
longius
D
longie
Slide 46 - Quiz
Wat is het bijwoord van
optimus?
A
optime
B
optimiter
C
optimius
D
optimior
Slide 47 - Quiz
Hier staat iets uit thema 4
Hier staat nog iets uit thema 4
Slide 48 - Diapositive
Maak een selfie die aangeeft hoe goed je de leerdoelen van Latijn beheerst.
Slide 49 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
SPQR thema 1, 2 en 3 t/m les 16 leerdoelencheck
Septembre 2022
- Leçon avec
33 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
12-04-2021 Oefenen congruentie
Janvier 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
SPQR thema 1 en 2 t/m les 8 leerdoelencheck
Mars 2023
- Leçon avec
23 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
16 SPQR
Avril 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
16 SPQR grammatica uitleg en oefenen
Juillet 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
16 SPQR grammatica uitleg en oefenen
Novembre 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
G2a Latijn: de anti-wegzak-zomervakantie-les
Septembre 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
SPQR thema 1 en 2 leerdoelencheck uitgebreid
Septembre 2022
- Leçon avec
23 diapositives
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3