Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
arbeidsovereenkomst (16.1)
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen:
Je kunt kenmerken noemen tussen een individuele en een collectieve arbeidsovereenkomst
Onderscheid aangeven tussen primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden.
Verschillende soorten arbeidsovereenkomsten beschrijven
Slide 2 - Diapositive
Heb je een bijbaan?
A
Ja
B
Nee
Slide 3 - Quiz
Voor hoeveel uur?
A
0-4 uur per week
B
4-8 uur per week
C
8-12 uur per week
D
12-16 uur per week
Slide 4 - Quiz
Wat voor soort werk?
A
Vakkenvullen of kassa bij de supermarkt
B
Horeca (of eten bezorgen) of in een winkel
C
Kranten/folders bezorgen
D
Overig
Slide 5 - Quiz
Waarom werk je?
A
Geld verdienen om leuke dingen te doen
B
Geld kunnen sparen voor rijbewijs/studie
C
Om ervaring op te kunnen doen
D
Anders
Slide 6 - Quiz
Welke dingen staan er in een contract?
Soort contract (tijdelijk of vast)
Soort werkzaamheden
Proeftijd
Salaris per uur of per maand
Slide 7 - Diapositive
Welke dingen staan er in een contract?
Arbeidsvoorwaarden
Primair Secundair
Hoogte van het loon Werkkleding
Aantal werkuren per periode De werktijden
Vakantiegeld Vakantiedagen
Toeslag overwerk Reiskostenvergoeding
Toeslag onregelmatigheid Lease auto
Scholingsmogelijkheden
Slide 8 - Diapositive
Collectieve arbeidsovereenkomst
Waar we het net over hadden was
een individuele arbeidsovereenkomst.
De Cao is een overeenkomst tussen werknemers-
en werkgeversorganisaties.
Een cao geldt voor alle werknemers in een bepaalde bedrijfstak/onderneming.
Slide 9 - Diapositive
Collectieve arbeidsovereenkomst
Afspraken zijn vaak gunstiger dan de
wettelijke regelingen (bijv. meer vakantiedagen).
Slide 10 - Diapositive
Opbouw contract
Wettelijk deel
CAO deel
individueel deel
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Soorten arbeidscontracten:
Onbepaalde tijd
Bepaalde tijd (maximaal 3x anders 'vast' contract)
Nul-uren contract (max. 6 maanden)
Min-max contract
Proeftijd: zonder reden mag je in deze periode ontslagen worden (maximaal 5 maanden bij contract voor onbepaalde tijd, maar meestal 2 maanden)
Slide 13 - Diapositive
16.2 Wetgeving ontslag en arbo
Wanneer en hoe wordt een arbeidsovereenkomst 'voor onbepaalde tijd' beëindigd:
overlijden van de werknemer; pensioenleeftijd werknemer; in de proeftijd zonder reden;
Door eenzijdige opzegging werknemer of werkgever (de laatste moet ontslagvergunning aanvragen) of bij wederzijds goedvinden;
Bij faillissement;
In verband met dringende redenen: zoals diefstal, mishandeling. Ontslag moet onmiddellijk plaatsvinden;
In verband met gewichtige redenen: verandering van de omstandigheden, zoals economische redenen: afstoting afdeling, verlies maken, verstoorde arbeidsrelatie.
Slide 14 - Diapositive
Vergoeding bij gedwongen ontslag: Transitievergoeding
Arbobeleid: alles wat de werkgever doet om te zorgen voor een gezonde en veilige werkomgeving.
voorbeelden hiervan zijn: er moet instructie en uitleg zijn over hoe veilig gewerkt kan worden. Zorgen voor beschermende middelen zoals een helm op bouwplaats en stevige schoenen in een fabriek.