Dezelfde klank werkwoorden groep 8/deel 2

Dezelfde klankwerkwoorden deel 1
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Dezelfde klankwerkwoorden deel 1

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "verbouwen".

Slide 3 - Carte mentale

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "gebruiken".

Slide 4 - Carte mentale

Schrijf de ik-vorm (stam) van het werkwoord "vertellen".

Slide 5 - Carte mentale

Stappen
1. Lees de zin.
2. Zoek uit wat je moet gaan schrijven:
persoonsvorm of voltooid deelwoord.
Voltooid deelwoord:
1.Maak het werkwoord langer.   2.Welke letter hoor je? Die schrijf je achteraan.
Persoonsvorm:
1. Zoek het onderwerp.
2. Enkelvoud of meervoud?
3. TT of VT?
4. Zet de stappen in het schema

Slide 6 - Diapositive

Zijn jullie er klaar voor?!

Slide 7 - Diapositive

Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?

Het aantal kinderen dat meedoet is niet zo veel
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 8 - Quiz

Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?

Groep 8A is de leukste groep van de school.
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 9 - Quiz

Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?

Groep 8A is de leukste groep van de school.
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 10 - Quiz

beginnen. TT
Jij......................aan een nieuwe weektaak.

Slide 11 - Question ouverte

vermelden
Meester Gio heeft dat niet .........................

Slide 12 - Question ouverte

verwisselen. TT
Mijn moeder.................de band.

Slide 13 - Question ouverte

Welke zin is goed?
A
Dat boek wordt verfilmt.
B
Dat boek wordt verfilmdt.
C
Dat boek wordt verfilmd.
D
Dat boek wordt verfilmen.

Slide 14 - Quiz

verdelen
Op 8 februari hoopt de juf weer komkommers te......................

Slide 15 - Question ouverte

herstellen
De man is helemaal......................

Slide 16 - Question ouverte

Welke zin is goed?
A
Dat wiel wordt verwisselt.
B
Hij herkend haar niet meer.
C
Zij onderstreepdt een woord.
D
Ze heeft het woord onderstreept.

Slide 17 - Quiz

verbouwen. TT
Mijn vader...............zelf het huis.

Slide 18 - Question ouverte

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 22 - Diapositive