4 jan werkwoorden in de verleden tijd herhaling groep 8.1

Zelfde klankwerkwoorden TA8/ 4.2.7 en 4.2.8
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Zelfde klankwerkwoorden TA8/ 4.2.7 en 4.2.8

Slide 1 - Diapositive

Zijn jullie er klaar voor?!

Slide 2 - Diapositive

infinitief
Een infinitief wil zeggen zonder einde, zonder finish.
Dit werkwoord geeft niet de tijd aan in de zin; dit werkwoord is tijdloos. Ofwel: onbepaalde tijd

Slide 3 - Diapositive

Infinitief of voltooid deelwoord?

gefietst
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 4 - Quiz

Infinitief of voltooid deelwoord?

lezen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 5 - Quiz

Infinitief of voltooid deelwoord?

leren
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 6 - Quiz

Wat voor soort werkwoord is:

vervelen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 7 - Quiz

Een infinitief is nooit de persoonsvorm.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 8 - Quiz

Welk werkwoord van de deze zin is een infinitief?

Waar zullen deze middag naar toe wandelen?
A
zullen
B
Er is geen infinitief.
C
wandelen

Slide 9 - Quiz

Wat is het infinitief van de deze zin? De gevallen kinderen zijn naar het ziekenhuis gebracht.
A
gevallen
B
Er is geen infinitief.
C
zijn
D
gebracht

Slide 10 - Quiz

Hoe kun je de infinitief ook wel noemen?
A
voltooid deelwoord
B
persoonsvorm
C
hele werkwoord
D
verleden tijd

Slide 11 - Quiz

Stappen
1. Lees de zin.
2. Zoek het onderwerp.
6. Zet de stappen in het schema en controleer.
3.Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?
4. Haal de -en van het werkwoord. 
5. Zit de laatste letter in 'T KOFSCHIP?

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

praten VT
Wij................gisteren de hele dag over het Coronavirus.

Slide 14 - Question ouverte

haasten. VT
De ouders...................zich vorige week naar het voetbalveld.

Slide 15 - Question ouverte

melden VT
Gisteren ..................ik me bij de sportschool.

Slide 16 - Question ouverte

raden
De kinderen...............dit raadsel nooit!

Slide 17 - Question ouverte

bereiden. VT
De kok..........een heerlijke maaltijd.

Slide 18 - Question ouverte

hoesten. VT
De jongens.................tegelijk.

Slide 19 - Question ouverte

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 20 - Diapositive