oefenvragen Grenzen en identiteit

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

TL3

oefenvragen H3 Grenzen en identiteit

Welk begrip past bij de omschrijving ‘een begrensd gebied met gemeenschappelijke kenmerken’?

Lees bron 1. Noem twee grenzen die Aron wekelijks passeert.

Lees bron 1.
Zijn de grenzen die Aron wekelijks passeert gesloten of open grenzen?

1. Gesloten grenzen
2. Open grenzen

Geef de omschrijving van het begrip ‘identiteit’.

Welk van de volgende woorden heeft te maken met insluiting?

1. Acceptatie
2. Discriminatie
3. Groepscode
4. Kledingvoorschrift

Wat is de overeenkomst tussen cultuur en identiteit?

Wat is het verschil tussen lokalisme en regionalisme?

Kies het juiste antwoord.
Het spreken van dialect hoort niet bij...

1. Chauvinisme
2. Lokalisme
3. Regionale identiteit
4. Regionalisme

Hoe noem je de identiteit die de inwoners van een land met elkaar verbindt?

Gebruik bron 2.
Verklaar vanuit de ligging van Sicilië dat het voor de hand ligt dat Sicilië een autonome regio is.

Als Sicilië zonder bemoeienis van Italië verder gaat, dan heet dat:

1. Etniciteit
2. Regionalisme
3. Soevereiniteit
4. Zelfstandigheid

Om welke reden identificeren Nederlanders zich met het koningshuis?

1. Vanwege de betrokkenheid van het koningshuis bij de Nederlanders
2. Vanwege de rol van het koningshuis bij handelsmissies
3. Vanwege de verschillende nationaliteiten in het koningshuis
4. Vanwege de wetten die het koningshuis maakt

Leg uit hoe een verhuizing invloed kan hebben op jouw identiteit.

Welk van de onderstaande omschrijvingen hoort bij chauvinisme?

1. Het dragen van klederdracht
2. Het spreken van dialect
3. Het zingen van een lokaal volkslied
4. Het zingen van het nationale volkslied

Welke uitspraak over grenzen is juist?

1. Gesloten grenzen zijn altijd onzichtbare grenzen.
2. Gesloten grenzen zijn altijd zichtbare grenzen.
3. Kunstmatige grenzen zijn altijd zichtbare grenzen.
4. Natuurlijke grenzen zijn altijd onzichtbare grenzen.

Gebruik bron 1.
Welk soort grens herken je in bron 1 tussen Nederland en Duitsland?

1. een kunstmatige, open grens
2. een onzichtbare, gesloten grens
3. een open, natuurlijke grens
4. zichtbare, gesloten grens

Het territorium van Nederland houdt niet op bij de kust. Verklaar deze uitspraak.

Welk begrip past het best bij de omschrijving ‘kenmerken die een groep onderscheiden van andere groepen’?

Lees bron 2.
Welk begrip past het best bij de uitspraak van mevrouw Beyer?

1. Cultuur
2. Identiteit
3. Insluiting
4. Uitsluiting

Welk historisch gegeven heeft ervoor gezorgd dat Urk een zeer sterke regionale identiteit heeft?

Welke van de volgende gebieden is soeverein?

1. Aruba
2. Curaçao
3. Sint Maarten
4. Suriname

Noem twee kenmerken van een soevereine staat.

Welk begrip past bij de omschrijving ‘een groep mensen die een eigen cultuur heeft en zich daarmee onderscheidt van andere groepen’?

1. Autonome groep
2. Etnische groep
3. Etnische minderheid
4. Soevereine groep

Nationalisme kan doorschieten in sterke liefde voor je land, waarin alleen ruimte is voor de eigen etnische groep. Wat is een mogelijk negatief gevolg hiervan?