4. 22 okt: ZV4B: Leesboek en H6 en tekst

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Communiceren doe je samen 2

Welkom vwo4V

Op tafel:

Map/schrift, pen, oefenboek, leesboek Beitelaar

• Jas uit en over je stoel.
  
• Telefoon in je tas.
• Tas op de grond.

Communiceren doe je samen 2

• Startopdracht
• Leesboek Beitelaar
• H6 Tekstverbanden en signaalwoorden
• Aan de slag

Vandaag dinsdag 22 oktober: 

Startopdracht

Straks lees je een tekst.

Deze tekst bevat geen signaalwoorden.

Opdracht: Voeg zelf signaalwoorden toe, zodat de tekst beter te lezen is.

Nodig: pen

Opdracht: Voeg zelf signaalwoorden toe op de plaatsen van de pijlen.

Is het te moeilijke? 

Geef leerlingen keuze uit signaalwoorden (er blijven er twee over): 

- als

- omdat

- hoewel 

- onder andere

- voordat

- ook

Opdracht: Voeg zelf signaalwoorden toe op de plaatsen van de pijlen.

- als

- omdat

- hoewel

- onder andere

- voordat

- ook

Is het te moeilijke? 

Geef leerlingen keuze uit signaalwoorden (er blijven er twee over): 

- als

- omdat

- hoewel 

- onder andere

- voordat

- ook

Op dinsdag bespreken we een deel van het boek. Zorg ervoor dat je steeds bij bent. 

Nodig: pen + map

Beantwoord de volgende vragen. Schrijf de antwoorden in je schrift. 

1. Wat is er gebeurd op zaterdag 27 juli? En waar?
2. Aan wie schrijft Antonij? 
3. Geef informatie over de beitelaar.
4. Omschrijf de karakter van Antonij. 
5. Antonij probeert achter twee dingen te komen, welke? 

Antwoorden bespreken, leerlingen maken zelf aantekeningen.

1. Ik kan aangeven hoe alinea's met elkaar in verband staan.
   
2. Ik kan een passende alinea-indeling maken voor een tekst en zelf een goede alinea schrijven.
   

Leerdoelen les 6

Alinea-indeling

Alinea:

- enkele zinnen samen

- elke alinea heeft één kernzin

Signaalwoorden: geven verbanden aan tussen alinea's, zinnen en delen van zinnen. Zie schema blz. 65 >>>

Schema handboek pagina 65

Functiewoorden geven de functie aan van een deel van de tekst.

Aanleiding, voorbeeld, afweging, anekdote, argument, constatering, definitie, gevolg, nuancering, oplossing, verklaring. 

Communiceren doe je samen 2

Begrippen les 6: 

• Tekstverbanden (opsomming, tegenstelling, voorwaarde ...)
• Signaalwoorden (ten eerste, daarom, dus, kortom ...)
• Functiewoorden >>>

Communiceren doe je samen 2

Functiewoorden zijn niet hetzelfde als signaalwoorden. 

Signaalwoorden = verbindingswoorden

Even oefenen met tekstverbanden

Pak pen en papier.

Schrijf a, b, c of d op.

Ik wil wel komen, maar ik heb geen tijd.

1. conclusie
2. tegenstelling
3. vergelijking
4. omschrijving

Ik wil wel komen, maar ik heb geen tijd. 

signaalwoord = 

• maar

verband = 

• tegenstelling

Ik ben wat later, want ik heb de tram gemist.

1. opsomming
2. tijd
3. reden, oorzaak, gevolg
4. voorwaarde

Ik ben wat later, want ik heb de tram gemist. 

signaalwoord = 

• want

verband = 

• reden/oorzaak/gevolg

Om de finale te bereiken, moeten we nog twee wedstrijden winnen.

1. voorbeeld
2. verduidelijking
3. doel, middel
4. toegeving

Om de finale te bereiken, moeten we nog twee wedstrijden winnen. 

signaalwoord = 

• om ... te

verband = 

• doel/middel

Als je goed oplet, haal je betere cijfers.

1. opsomming
2. tijd
3. reden, oorzaak, gevolg
4. voorwaarde

Als je goed oplet, haal je betere cijfers.

signaalwoord = 

• als 

verband = 

• voorwaarde

Er zijn verschillende manieren om fit te blijven, zo kun je dagelijks een lange wandeling maken.

1. voorbeeld
2. verduidelijking
3. tegenstelling
4. toegeving

Er zijn verschillende manieren om fit te blijven, zo kun je dagelijks een lange wandeling maken.  

signaalwoord = 

• zo 

verband = 

• voorbeeld

Zelf aan de slag:

Oefenboek pagina 50

Opdracht 6 en 7

niet gedaan

Communiceren doe je samen 2

Lees de tekst en maak opdracht 7 t/m 12.

• Beantwoord ook deze vragen: 

Vraag a. Verdeel de alinea's over inleiding, kern, slot.

Vraag b. Wat is het onderwerp van de tekst?

Vraag c. Hoe wordt de aandacht van de lezer getrokken?

Vraag d. Voor welke manier van kennismaken/introduceren is in dit artikel gekozen?

Begrippen uit deze les

alinea

tekstverband

signaalwoord

functiewoord