H3D - les 4 - Scan H3 Fictie en Gedicht

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom terug! 

• Ga alvast naar LessonUp! De les
   staat voor je klaar. 
• Chromebook: Classroom >
   Scan H3 Fictie en Gedicht

We lopen volgens planner, fijn!

• lesdoelen
• bespreken theorie en gemaakte
   opdrachten
• nakijken huiswerk
• uitleg stijlfiguren, deel 2
• noteren huiswerk
• checken lesdoelen

Wat gaan we doen?

Lesdoelen

• Aan het einde van deze les heb je de personages in een verhaal
   kunnen doorgronden.
• Aan het einde van deze les heb je kennisgemaakt met maar liefst
   5 nieuwe stijlfiguren.

Nakijken

Verteltijd, vertelde tijd, tijdsprongen,
terugverwijzing, wat voor soort einde...?

Huiswerk

Je moest maken:

opdracht 1, vraag 6, 7, 9, 10 en 11 

Woensdag af + nagekeken!

Jason

Medea

Koning Aietes

Koning Pelias

Koning Kreoon

Astanax

Hoofdpersoon/round character: ambitieus, vasthoudend, laf, onzeker en niet gemakkelijk in de omgang

Bijpersoon/flat character: arrogant, gemeen

Bijpersoon/flat character: onbetrouwbaar

Bijpersoon/flat character: handelt vanuit eigenbelang, sluw, denkt anderen de baas te kunnen zijn

Hoofdpersoon/round character: gevoelig, zachtaardig, komt uiteindelijk voor zichzelf op

Bijpersoon/flat character: vasthoudend, één doel voor ogen, achterbaks, wellicht enigszins beïnvloedbaar

Nakijken

Hoofdpersonen, bijpersonen, round characters,
flat characters, personages leren kennen

Huiswerk

Je moest maken:

opdracht 4

Woensdag af + nagekeken!

Scan H3 Fictie en Gedicht

Je weet wat beeldspraak is en je kent 3 vormen:

• vergelijking
• metafoor
• personifactie

Je weet wat stijlfiguren zijn en ook hiervan ken je er 3: maar welke ook
alweer?

Tips!

'Mag ik dan bij jou? Mag ik dan bij jou?'

witte sneeuw

schots en scheef

Scan H3 Fictie en Gedicht

Je leert 5 stijlfiguren bij:

• prolepsis               vooropplaatsing    
• enumeratie           opsomming            
        - climax            oplopend               
        - anticlimax      aflopend
• parallellisme        zinnen hebben
                                 dezelfde structuur   

• Pizza, dat kan ik elke dag wel op.
• Ik zag heuvels, bomen, geiten.
• Ze sprak, riep, nee, schreeuwde het uit!
• Dat was goed! Het was best oké of
   eigenlijk: niet slecht. Het kon beter.
  
• Ze is stom. Ze is gemeen. Ze is niet
   aardig tegen wie dan ook.

Voor woensdag 17 maart

Maken opdracht 6.
Bestudeer zo nodig theorie 2.4 Stijlfiguren - vooropplaatsing, opsomming, climax, anticlimax en parallellisme.

Even terug naar de lesdoelen

• Lukte het je de personages in het verhaal 'Verraden' te doorgronden?
• Welk nieuw stijlfiguur kun je noemen?