woordenschat H1

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

LESOPBOUW 
  • Huiswerk; grammatica: zinsdelen /persoonsvorm / onderwerp in zin vinden : vragen????
  • Waarom is woordenschat belangrijk om te leren? 
  • Wat weet je nog? over woordstrategie, context en synoniemen
  • Tips woordjes leren 
  • Welke synoniemen en uitdrukkingen ken je al? 
  • Quizvragen: individueel antwoorden
  • Overhoren 10 min. 

Doel van deze les:    
Je komt er achter welke synoniemen en uitdrukkingen uit H1 je al kent en je  weet hoe je dit leren moet. 

Slide 2 - Diapositive

Waarom moet je woorden en uitdrukkingen kennen? 
Als je iets leest en als je iets schrijft en als je spreekt of luistert....... dan kan je het alleen begrijpen of beschrijven of uitleggen als je veel woorden en uitdrukkingen kent 




Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

woordraadstrategie

Slide 5 - Carte mentale

context

Slide 6 - Carte mentale

synoniem

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Vidéo

defensie
A
aanval
B
hartstocht
C
verdediging
D
weerzin

Slide 9 - Quiz

sympathie
A
leuk
B
genegenheid
C
weerzin
D
band

Slide 10 - Quiz

Welk woord hoort er NIET bij?
A
sympathie
B
band
C
relatie
D
verstandhouding

Slide 11 - Quiz

virtueel
A
fysiek
B
online
C
veelvuldig
D
lijfelijk

Slide 12 - Quiz

permanent
A
vaak
B
zo nu en dan
C
onafgebroken
D
frequent

Slide 13 - Quiz

intieme
A
vertrouwelijke
B
met passie
C
gedeelde
D
belangstelling

Slide 14 - Quiz

afmeting, hoe ver iets reikt
passie
belangstelling
schrijver
dimensie
hartstocht
interesse
auteur

Slide 15 - Question de remorquage

Wat betekent de uitdrukking:
''in vuur en vlam staan"?

Slide 16 - Question ouverte

Wat betekent de uitdrukking:
"mitsen en maren"

Slide 17 - Question ouverte

Wat betekent de uitdrukking:
"kommer en kwel"?

Slide 18 - Question ouverte

Wat betekent de uitdrukking:
"huis en haard verlaten"?

Slide 19 - Question ouverte

Vul aan:
heg noch ... weten

Slide 20 - Question ouverte

Vul aan:
met horten en ...

Slide 21 - Question ouverte

Vul aan:
kant noch ... raken

Slide 22 - Question ouverte

Vul aan:
te hooi en te ...

Slide 23 - Question ouverte

Vul aan:
zonder slag of ...

Slide 24 - Question ouverte

Vul aan:
alles goed en ...

Slide 25 - Question ouverte

Overhoor nu je klasgenoot: zet een kruisje als hij/zij het woord niet kent  
timer
10:00

Slide 26 - Diapositive

In hoeverre ken je de betekenis van de woorden en uitdrukkingen uit H1 woordenschat al?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage

Itslearning
zie: BRONNEN

- aantekeningen boekje
- woordenschat vel dat uitgedeeld is

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Lien