Natuurkunde §4.3 en §4.4

• Nask / Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Natuurkunde

H4 Kracht en Beweging

Wat gaan we vandaag doen?

• 4.3 en 4.4 
• We gaan kijken of je (bijna) alles hebt begrepen van deze twee paragrafen.

SNELHEID (grootheden)

v = 

s =

t = 

• De formule:  s = v x t
• Een snelheid-tijd diagram
  
• Het omrekenen van de eenheden 
  

Snelheid

1. Grootheid
2. Eenheid

wat is de formule om de gemiddelde snelheid te berekenen

1. gemiddelde snelheid= tijd x afstand
2. gemiddelde snelheid= snelheid : afstand
3. gemiddelde snelheid = afstand: tijd
4. gemiddelde snelheid= snelheid:tijd

s=v*t betekent?

1. snelheid= afstand*tijd
2. snelheid = afstand*temperatuur
3. afstand=snelheid*tijd
4. tijd=afstand*snelheid

om de tijd uit te rekenen doe je:

1. afstand x snelheid
2. snelheid x afstand
3. afstand : snelheid
4. snelheid : afstand

Ibrahim maakt een fietstocht. Op de heenweg heeft hij wind mee. Hij legt de afstand van 12 km af in 24 minuten. Over de terugweg doet hij 36 minuten.

Bereken de gemiddelde snelheid op de heenweg.

1. 0,5 km/h
2. 2 km/h
3. 30 km/h
4. 120 km/h

Ibrahim maakt een fietstocht. Op de heenweg heeft hij wind mee. Hij legt de afstand van 12 km af in 24 minuten. Over de terugweg doet hij 36 minuten.

Bereken de gemiddelde snelheid op de terugweg.

1. 0,5 km/h
2. 20 km/h
3. 26 km/h
4. 120 km/h

Wat is de gemiddelde snelheid tijdens deze reis?

1. 12 km/h
2. 24 km/h
3. 25 km/h
4. 28 km/h

Waar sta je nu met het rekenen met snelheid?

1. 
2. 
3. 

Wat is de geluidssnelheid?

1. De snelheid waarmee geluid door lucht reist.
2. De snelheid waarmee geluid door een tussenstof reist.
3. De snelheid waarmee een bliksemflits reist.

Een snelheid van 36 km/h is evenveel als 10 m/s

1. waar
2. niet waar

Deze fiets......

1. Remt
2. Heeft een constante snelheid
3. Versnelt
4. Vertraagd

een snelheid van 3,6 m/s is gelijk aan 1 km/h

1. waar
2. niet waar

Wat veranderd er?

1. Snelheid
2. Vorm
3. Richting
4. Alle drie

De fietser is hier aan het ..

1. versnellen
2. vertragen
3. fietsen met constante snelheid

De snelheid van de auto

1. Blijft gelijk
2. Neemt toe
3. Neemt af

Wat is de luchtweerstand (N) bij constante snelheid?

1. 1000 N
2. 1500 N
3. 2000 N
4. 2500N

4.4 Versnelling

• Versnellen of vertragen kost kracht. 
• Constante snelheid kost geen kracht.
• Nettokracht = som van alle krachten 
• Evenwicht van krachten = de nettokracht is nul
• Stilstaan betekend de krachten zijn in evenwicht, de nettokracht is nul
• versnellen of vertragen = een verandering van de snelheid. 
• constante versnelling; wanneer de snelheid gelijkmatig toeneemt. Een rechte lijn in de grafiek. 
• Hoe steiler de grafiek, hoe groter de versnelling 

      

• voorbeeld zwaartekracht: Als de kracht op een voorwerp evengrootblijft, blijft het voorwerp versnellen
• Luchtweerstand is de tegenwerkende kracht op de zwaartekracht. Door de luchtweerstand bereikt een vallend voorwerp een constante snelheid. 
• voorbeeld vallende tennisbal:

km/uur en m/s zijn eenheden van

1. tijd
2. gewicht
3. snelheid
4. inhoud

Stroboscopische tekening of foto

• tussen elke afbeelding zit dezelfde tijd
• Elke stip in de grafiek is een plaats van de motor
• Wat voor beweging maakt de motor?
• De motor versnelt.

OEF. Hieronder zie je een stroboscooptekening van een remmende takelauto. De auto start met remmen op t = 0 s. De snelheid is dan 12 m/s. Na 6,0 s staat de takelauto stil.

• Schets een v, t diagram van de remmende auto. 

Lever het s,t diagram in van de remmende takelwagen.

Als je iets laat vallen, heeft het voorwerp direct na loslaten een contante snelheid

1. waar
2. niet waar

als de snelheid constant is, is de grafiek in het v-t diagram een horizontale lijn

1. waar
2. niet waar

Hiernaast zie je een
v-t diagram.
Wat voor soort beweging
zie je hier?

1. Eenparige beweging
2. Versnelling
3. Vertraging
4. Stilstaand voorwerp

Hoe groot is gedurende
6 seconden de gemiddelde
snelheid?

1. 10 m/s
2. 15 m/s
3. 20 m/s
4. 25 m/s

Hoeveel meter is de eerste
4 seconde afgelegd?

1. 20 m
2. 30 m
3. 40 m
4. Het goede antwoord staat er niet bij