Tussen -n

Schrijf hier twee samenstellingen.
1 / 17
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Schrijf hier twee samenstellingen.

Slide 1 - Question ouverte

Als je twee woorden aan elkaar plakt, maak je een samenstelling: achter + licht = achterlicht. 

Soms moet je tussen die twee woorden tussenletters toevoegen: -(e)n-, -e- of -s-.
 
Zo bepaal je of je een -s- moet toevoegen
 Als je in een samenstelling een -s- hoort, dan schrijf je die ook:
 – machtsvertoon, passagierslijst.
 



Slide 2 - Diapositive

Soms begint het tweede deel van de samenstelling met een s-klank. 

Vervang dan het tweede deel door een woord dat niet met een s-klank begint. Schrijf de -s- alleen als je hem bij de vervanging hoort:

– machtsstrijd, want machtsvertoon; passagiersschip, want passagierslijst.
Maar: slotceremonie, want slotalinea.

Slide 3 - Diapositive

Wat is goed?
A
dorpstraat
B
dorpsstraat

Slide 4 - Quiz

Wat is goed?
A
jongenstem
B
jongensstem

Slide 5 - Quiz


A
vechtstraal
B
vechtsstraal

Slide 6 - Quiz

Zo bepaal je of je een -(e)n- moet toevoegen

Als het eerste deel van een samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud op -en heeft, schrijf je -en- tussen de woorden: 

berenkuil

vriendendienst

Slide 7 - Diapositive

Schrijf geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
Het eerste deel heeft geen meervoud: 

roggebrood

benzinelucht.

Slide 8 - Diapositive

Schrijf geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
Het eerste deel verwijst naar iets waar er maar één van is: 

zonnestraal

maneschijn

Slide 9 - Diapositive

Schrijf geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
Het eerste deel heeft (ook) een meervoud op -s: 

(asperge – asperges) aspergesoep

(ziekte – ziekten/ziektes) ziektekiem

Slide 10 - Diapositive

Schrijf geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord: 

blindedarm

huilebalk

Slide 11 - Diapositive

Schrijf geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
Het eerste deel versterkt een bijvoeglijk naamwoord: 

boordevol

beresterk

Slide 12 - Diapositive

brillenglas
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

boetenkleed
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

huilenbalk
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quiz

lawinegevaar
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

takkenwijf
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz