1 BK Lezen 3.3 les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

1 Basis 3.3 lezen les 2

Doelen van deze les

Je hebt opgefrist wat je tijdens de vorige les geleerd hebt

Je leert wat nauwkeurig lezen is en wanneer je dat gebruikt

Je weet wat het verschil tussen verkennend en nauwkeurig lezen is

Je hebt met de leerstof geoefend door opdrachten te maken

Je hebt je gemaakte opdrachten nagekeken

Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Wat leerden we de vorige les?

Een tekstdoel is

1. een soort tekst
2. een lange, moeilijke tekst
3. het doel waarmee de tekst geschreven is
4. een manier van lezen

Wat is hier géén voorbeeld van een tekstdoel

1. amuseren (vermaken)
2. stripverhaal
3. informeren
4. overtuigen

Bij het tekstdoel informeren wil de schrijver ....

1. dat je zijn mening overneemt
2. dat je iets gaat kopen
3. jou informatie geven over een onderwerp
4. dat je het leuk vindt een tekst te lezen

Een schoolboek is een voorbeeld van het tekstdoel

1. informeren
2. overtuigen
3. amuseren
4. activeren

Een ander voorbeeld van een informerende tekst (tekstdoel informeren) is

1. een reclame-advertentie
2. een filmrecensie
3. een stripverhaal
4. een nieuwsbericht

Weet je nog?

Nauwkeurig lezen:

 Lees de tekst aandachtig. 

Lees zin voor zin.

Probeer zo goed mogelijk te begrijpen wat er staat.

We lezen samen tekst 5

Daarna maak je opdracht 8, 10, 11 en 12 zelfstandig

Ben je klaar? kijk je opdrachten na.

Bij het nakijken:

Verbeter je je antwoorden

Vul je je antwoorden aan

Zet je een krul waar je al een goed antwoord gaf

Maak in je boek duidelijk wat je nagekeken hebt.

Tijdens het werken

1. Was ik rustig en werkte ik geconcentreerd
2. Nam ik vooral de antwoorden van mijn buur over
3. Kon ik me niet concentreren en heb ik bijna niets gedaan
4. Kreeg ik bijna alles af

Bij nauwkeurig lezen

1. lees je de tekst aandachtig
2. bekijk je alleen de plaatjes
3. zoek je alleen naar antwoord op de vragen
4. lees je alleen de titel en deeltitels

Bij nauwkeurig lezen

1. maakt het nog niet uit of je de tekst begrijpt
2. probeer je de tekst zo goed mogelijk te begrijpen
3. lees je zo snel mogelijk
4. moet je altijd hardop lezen

Doelen van deze les

Je hebt opgefrist wat je tijdens de vorige les geleerd hebt

Je leert wat nauwkeurig lezen is en wanneer je dat gebruikt

Je weet wat het verschil tussen verkennend en nauwkeurig lezen is

Je hebt met de leerstof geoefend door opdrachten te maken

Je hebt je gemaakte opdrachten nagekeken

Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Zijn de lesdoelen voor jou bereikt?

Is er ook iets dat jij de volgende keer anders zou doen?

Is er ook iets dat ik de volgende keer anders zou kunnen doen?