Erasmus, Petrarca, Cicero, Diversoria

Latijn klas 4
eerste regels Erasmus
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Klassieke TalenVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Latijn klas 4
eerste regels Erasmus

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wie bespotte Erasmus ook alweer heel erg graag ten tijde van en na diens leven?
A
Cicero
B
Maarten Luther
C
Paus Julius II
D
De humanisten

Slide 3 - Quiz

Deze les
- introductieopdracht
- MC-tekst
- inhoud tekst
- voorproefje tekst deze week

Slide 4 - Diapositive

voor Christus
na Christus
Erasmus
Ennius
Catullus
Cicero
Petrarca

Slide 5 - Question de remorquage

Wat is de voornaam van Erasmus?
A
Desiderius
B
Erasmus
C
Roterodamus
D
Gaius

Slide 6 - Quiz

Wat is waar over Erasmus?
A
hij had geen vader
B
hij had zes broers
C
hij was een onwettig kind
D
zijn moeder had een beperking

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Welk gebouw zag je op het plaatje en wat heeft dit met Erasmus te maken?

Slide 9 - Question ouverte

Tu negas quemquam bene dicere, nisi Ciceronem exprimat, at res ipsa clamat neminem posse bene dicere, nisi prudens recedat ab exemplo Ciceronis. Quocumque me verto, mutata omnia, in alio sto proscenio, aliud conspicio theatrum, immo mundum alium.


Jij ontkent dat iemand goed spreekt, als hij niet Cicero uitdrukt, maar de situatie zelf maakt duidelijk dat niemand goed kan spreken, tenzij hij verstandig afwijkt van het voorbeeld van Cicero. Waarheen ik me maar keer, alles is veranderd, ik sta op een ander toneel, ik aanschouw een ander theater, ja zelfs een heel andere wereld.

Slide 10 - Diapositive

Waar gaat het gesprek uit het stukje 'Diversoria' over?
A
koetjes en kalfjes
B
retorica
C
herbergen
D
badhuizen

Slide 11 - Quiz

Petrarca: To Socrates 
(Preface to the First Collection of Letters, c. 1348)
...You will find no great eloquence or vigour of expression in [my letters]. Indeed I do not possess these powers, and if I did, in ever so high a degree, there would be no place for them in this kind of composition. Even Cicero, who was renowned for these abilities, does not manifest them in his letters, nor even in his treatises, where, as he himself says, the language is characterised by a certain evenness and moderation. In his orations, on the other hand, he displayed extraordinary powers, pouring out a clear and rapid stream of eloquence. This oratorical style Cicero used frequently for his friends, and against his enemies and those of the republic. ...In this mode of composition I am wholly inexperienced, for I have been far away from the responsibilities of state. ...I have therefore made no attempt to employ an oratorical style, which, even if it had been at my disposal, would have been uncalled for in this instance. But you will accept this homely and familiar language in the same friendly spirit as you do the rest, and accept with good humor a style well adapted to the sentiments we are accustomed to express in ordinary conversation.  

Slide 12 - Diapositive

Petrarca: To Socrates 
(Preface to the First Collection of Letters, c. 1348) 
...Now that letters sent off years ago to the most distant regions are brought together at once in a single place, it is easy to perceive deformities in the whole body which were not apparent in the separate parts... I recollect that Seneca laughed at Cicero for including trivial matters in his letters, and yet I am much more prone in my epistles to follow Cicero's example than Seneca's. Seneca, indeed, gathered into his letters pretty much all the moral reflections which he had published in his various books: Cicero, on the other hand, treats philosophical subjects in his books, but fills his letters with miscellaneous news and the gossip of the day. Let Seneca think as he likes about this; as for me, I must confess that I find Cicero's letters very agreeable reading. They relax the tension produced by weighty maters, which if long continued strains the mind, though if occasionally interrrupted it becomes a source of pleasure. ...To [Cicero], therefore, let us look, placing him before us as our model...

Slide 13 - Diapositive

 Petrarca: (Also) To [Marcus Tullius] Cicero (1345)

...O great father of Roman eloquence! not I alone but all who ornament themselves with the flowers of Latin speech render thanks unto you. It is from your wellsprings that we draw the streams that water our meadows. You, we freely acknowledge, are the leader who marshals us; yours are the words of encouragement that sustain us; yours is the light that illumines the path before us. In a word, it is under your auspices that we have attained to such little skill in this art of writing as we may possess....

You have heard what I think of your life and your genius. Are you hoping to hear of your books also; what fate has befallen them, how they are esteemed by the masses and among scholars? 

Slide 14 - Diapositive

Tu negas quemquam bene dicere, nisi Ciceronem exprimat, at res ipsa clamat neminem posse bene dicere, nisi prudens recedat ab exemplo Ciceronis. Quocumque me verto, mutata omnia, in alio sto proscenio, aliud conspicio theatrum, immo mundum alium.


Jij ontkent dat iemand goed spreekt, als hij niet Cicero uitdrukt, maar de situatie zelf maakt duidelijk dat niemand goed kan spreken, tenzij hij verstandig afwijkt van het voorbeeld van Cicero. Waarheen ik me maar keer, alles is veranderd, ik sta op een ander toneel, ik aanschouw een ander theater, ja zelfs een heel andere wereld.

Slide 15 - Diapositive

Wat denk jij dat Erasmus van Cicero vindt?

Slide 16 - Question ouverte

gesprek tussen Bertulphus en Gulielimus
GU Bij de tafel stond altijd één of andere vrouw, die zodanig was dat ze de maaltijd opleukte met grappen en grollen. En daar is een wonderlijk geluk van gestaltes. Eerst kwam de moeder van de familie (naar ons), die (ons) begroette, terwijl ze beval dat we vrolijk waren, en dat we tevreden waren met wat er maar werd voorgezet. Haar volgde haar dochter op, een charmante vrouw, met zo’n vrolijk karakter en gesprek, dat ze Cato zelf kon opvrolijken. En ze babbelden niet zoals met onbekende gasten, maar zoals met eens bekenden en vrienden.
BE Ik herken de beleefdheid van het Gallische volk.
GU Aangezien zij echter niet altijd aanwezig konden zijn, omdat er huishoudelijke taken moesten worden uitgevoerd, en de overige gasten luid begroet moesten worden, stond er steeds één of ander meisje bij, in alle grappen onderwezen: één was genoeg om de grappen van allen te ontvangen: Zij hield het gesprek op gang, totdat de dochter zou terugkomen.

Slide 17 - Diapositive

1. Over welk land hebben ze het?
2. Waarom kunnen de moeder en dochter niet steeds aanwezig zijn?

Slide 18 - Question ouverte

Wat is het beeld dat je
tot nu toe krijgt over
de herbergen?

Slide 19 - Carte mentale

Over welk(e) aspect(en) van
de herberg zullen ze het
hierna nog hebben?

Slide 20 - Carte mentale

Vragen?

Slide 21 - Diapositive

Deze week
* vervolg van het gesprek verder vertalen
* puzzel (grammatica) over de vertaalde regels

- apart document op It's Learning
- PowerPoint met vertaalhulp

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive