Psycho-farmatica

Stemmingsstabilisatoren
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Stemmingsstabilisatoren

Slide 1 - Diapositive

Stemmingstabilisatoren zijn:
Stemmingsstabilisatoren zijn medicijnen die uw stemming stabieler maken en voorkomen hiermee dat iemand somber of manisch wordt.
Ze helpen als u last heeft van snel veranderende stemmingen, bijvoorbeeld bij een bipolaire stoornis of manisch-depressieve stoornis

Slide 2 - Diapositive

Over welke medicijnen gaan we het hebben?

  • Lithium
  • carbamazepine
  • valproïnezuur

Slide 3 - Diapositive

Lithium
  • Wordt gebruikt bij depressie en bij manie.
  • Lithium vermindert de hevige stemmingswisselingen.
  • Regelmatig bloedonderzoek --> Bij te weinig werkt het medicijn niet, maar bij te veel kunnen ernstige bijwerkingen ontstaan. 
  • Consequent innemen, zodat de hoeveelheid in het bloed constant blijft.
  • Bijwerkingen: Trillen en beven, gewichtstoename & verminderde werking van de schildklier

Slide 4 - Diapositive

Carbamazepine
  • Carbamazepine brengt overprikkelde zenuwen in de hersenen tot rust.
  • Bij epilepsie, zenuwpijn, manie (bipolaire stoornis) en diabetes insipidus. Ook tegen ontwenningsverschijnselen bij een alcoholverslaving.
  • Bijwerkingen: maagdarmklachten, slaperigheid, overgevoeligheid, bewegingsstoornissen en minder witte bloedcellen
  • Neem dit medicijn in tijdens of vlak na het eten. Dan heb je minder kans op misselijkheid. Maak gebruik van vaste tijden zodat je geen dosis vergeet. 

Slide 5 - Diapositive

Valproïnezuur
  • Valproïnezuur zorgt ervoor dat de zenuwen in uw hersenen minder worden geprikkeld.
  • Bij epilepsie en manie (u heeft te veel energie, heeft weinig slaap nodig en bent veel blij). Dit hoort bij de ziekte bipolaire stoornis. Soms bij migraine en voortdurende hik (hik die niet overgaat).
  • Om de kans op bijwerkingen aan het begin van de behandeling te verkleinen, moet je starten met een lage dosering. De dosering wordt daarna geleidelijk opgebouwd. 

Slide 6 - Diapositive

Verpleegkundige kennis:
  • Als verpleegkundige is het handig om te weten wat de mogelijke bijwerkingen zijn en hoe je hierop kunt reageren. Wanneer mensen bepaalde bijwerkingen krijgen is het goed om te weten dat dit door dit medicijn komt.
  • Als de zorgvrager zelf zijn medicatie niet beheerd, ben jij verantwoordelijk voor de consequente inname van de medicijnen.

Slide 7 - Diapositive

Waarbij worden stemmingsstabilisatoren gebruikt?
A
Psychose
B
Manisch-depressief
C
Bipolaire stoornis
D
Schizofrenie

Slide 8 - Quiz

Wat is belangrijk bij het medicijn Lithium?

Slide 9 - Question ouverte

Lithium
carbamazepine
valproïnezuur
Gewichtstoename
Maagdarmklachten
Zelden bijwerkingen

Slide 10 - Question de remorquage

Bij welke niet-psychische stoornis(sen) wordt het medicijn carbamazepine ook gebruikt?
A
diabetes insipidus
B
diabetes mellitus
C
zenuwpijn
D
bipolaire stoornis

Slide 11 - Quiz

Heel belangrijk dat dit medicijn in een constante spiegel in het bloed zit
A
Lithium
B
Carbamazepine
C
Valproïnezuur

Slide 12 - Quiz

Was het een leuke les?
ja
tuurlijk

Slide 13 - Sondage

the end

Slide 14 - Diapositive