P&S blok 1 en 2 GTBD

Presentatie en Styling 
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 4

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Presentatie en Styling 

Slide 1 - Diapositive

Blok 1

Etalage

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat doet een visual merchandiser?

Slide 4 - Question ouverte

Een winkelier gebruikt een etalage om:
  • de aandacht van klanten te trekken
  • te laten zien wat hij verkoopt
  • klanten in zijn winkel te krijgen

Dit zijn dus de doelen van een etalage

Slide 5 - Diapositive

Een goed ingerichte etalage:
  • heeft een hoge attentiewaarde
  • toont producten die in de winkel te koop zijn
  • "trekt" de klanten naar binnen
  • ziet er netjes en verzorgd uit
  • past bij het imago van de winkel
  • heeft een thema dat past bij het seizoen of de mode van het moment
  • veranderd vaak en is dus up to date

Slide 6 - Diapositive

Soorten etalages
  • Open etalage
  • Half open etalage
  • Gesloten etalage

Slide 7 - Diapositive

open etalage
gesloten etalage

Slide 8 - Diapositive

Is deze etalage open half open of gesloten?
A
open
B
half open
C
gesloten

Slide 9 - Quiz

En deze?
A
open
B
half open
C
gesloten

Slide 10 - Quiz

Ooggeleiding
Bij het inrichten van een etalage, maar ook bij het maken van een presentatie, kun je ervoor zorgen dat mensen eerst naar het ene punt kijken en daarna naar het volgende punt. Ooggeleiding noemen we dat.

Slide 11 - Diapositive

ooggeleiding

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Je ziet hier de ......
A
ooghoogte
B
kijkhoogte
C
ooggeleiding

Slide 14 - Quiz

Composities 

Slide 15 - Diapositive

Deze etalage is.....
A
symmetrisch
B
a-symmetrisch

Slide 16 - Quiz

Welk compositielijn zie je hier?
A
horizontaal
B
verticaal
C
diagonaal

Slide 17 - Quiz

Welke compositie-vorm zie je hier?

Slide 18 - Question ouverte

Etalage bouwen
Een etalage bouw je op uit de volgende onderdelen:
  • artikelen (die je wilt verkopen)
  • opbouwmateriaal
  • decoratiemateriaal
  • kleur
  • licht





Slide 19 - Diapositive

2
3
Artikel
Decoratiemateriaal 
Opbouwmateriaal

Slide 20 - Question de remorquage

Kleuren-cirkel

Slide 21 - Diapositive

Kleuren
Er zijn drie primaire kleuren; rood, blauw en geel.

Secundaire kleuren ontstaan door twee primaire kleuren te mengen. De secundaire kleuren zijn groen, oranje en paars.

Tertiaire kleuren ontstaan door een primaire kleur te mengen met een secundaire kleur.

Slide 22 - Diapositive

Contrastkleuren
Complementaire kleuren = contrastkleuren

Dit zijn kleuren die tegenover elkaar staan in de kleurencirkel, ze steken goed bij elkaar af en versterken elkaars werking.

Voorbeelden van contrast kleuren zijn:
geel en violet
blauw en oranje
rood en groen



Slide 23 - Diapositive

Noem de 3 primaire kleuren

Slide 24 - Question ouverte

Noem de 3 secundaire kleuren

Slide 25 - Question ouverte

Blok 2

Slide 26 - Diapositive

Styling
Styling is een ander woord voor vormgeving.

Bij styling gaat het erom dat je een sfeer of gevoel overbrengt door de manier waarop je iets vormgeeft of presenteert. 

Slide 27 - Diapositive

Compositie
Spullen voor een etalage of een artikelpresentatie bij elkaar zetten en combineren met andere artikelen, zodat het een geheel wordt.

Slide 28 - Diapositive

Artikelpresentatie
De manier waarop je artikelen neerzet om de aandacht van klanten te trekken noem je artikelpresentatie. 

Slide 29 - Diapositive

2D en 3D
Een tweedimensionale presentatie heeft een platte vorm, denk aan een kaart, poster, folder of een reclamebord.

Een driedimensionale presentatie heeft diepte en neemt ruimte in. Denk aan een etalage en of kleding gepresenteerd op een etalagepop.

Slide 30 - Diapositive

Dit is een ...... dimensionale artikelpresentatie
A
twee
B
drie

Slide 31 - Quiz

Dit is een ...... dimensionale artikelpresentatie
A
twee
B
drie

Slide 32 - Quiz

Geef een voorbeeld van een artikelpresentatie in 3D. (driedimensionaal)

Slide 33 - Question ouverte

Draperen
Stoffen mooi neerleggen heet draperen

Slide 34 - Diapositive

Perspectief
Is het camerastandpunt. 

Dus de plaats waar de fotocamera staat ten opzichte van de personen of voorwerpen die hij fotografeert. 

De camera is het oog van de kijker: het standpunt van de camera bepaalt

Slide 35 - Diapositive

Vanuit welk perspectief is deze foto genomen?
A
ooghoogte
B
kikvors
C
vogel

Slide 36 - Quiz

Vanuit welk perspectief is deze foto genomen?
A
ooghoogte
B
kikvors
C
vogel

Slide 37 - Quiz

Marketing
Alle activiteiten die een organisatie bewust onderneemt om producten te verkopen of zijn bekendheid te vergroten.

Slide 38 - Diapositive

Marketing
Alle activiteiten die een organisatie bewust onderneemt om producten te verkopen of zijn bekendheid te vergroten.

Slide 39 - Diapositive

De P van Presentatie
Één van de 6 marketinginstrument, één van de 6 P's. 

De  van Presentatie staat voor de manier waarop een bedrijf zichzelf en zijn producten presenteert.

Slide 40 - Diapositive

Er zijn 6 marketinginstrumenten, dus 6 P's.
Kun jij ze opnoemen?

Slide 41 - Question ouverte