Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Laptop, pen en schriftje op tafel
Mobiel in de tas (bij de deur)
Log in bijLessonup.app
Welkom!
Voordat de les is begonnen, heb jij:
Slide 1 - Diapositive
LAPTOP OMDRAAIEN
Slide 2 - Diapositive
Afspraken, herhaling
We groeten elkaar bij binnenkomst.
Mobiel doe je meteen bij binnenkomst in de kluis en is op stil.
Je hebt altijd de volgende spullen mee: oordopjes met kabel, opgeladen laptop,
Lopen doen we niet zonder toestemming
Huiswerk/spullen vergeten: 2x niet = nablijven 30 min.
Slide 3 - Diapositive
:
Goede spelling
Goede inhoud
Goede toon
Goede zinnen
Goede lay-out (opmaak, hoe de tekst eruit ziet?
De 6 kenmerken van een goede tekst
Deze les werken we aan:
Goede opbouw (inleiding - kern- middenstuk)
Slide 4 - Diapositive
:
Moet gaan over de zomervakantie en 3 gebeurtenissen
Je schrijft 400 woorden (= de hele tekst)
De tekst moet voldoen aan de 6 goede kenmerken.
Deadline 1e versie: 3 oktober (staat al in Magister)
Deadline definitieve versie: 11 oktober (staat al in Magister)
De eindopdracht van schrijven 1
Waar moet de opdracht aan voldoen?
Slide 5 - Diapositive
Uitleggen hoe een tekst is opgebouwd: (inleiding – kern- slot)
Kan jij jouw tekst indelen in alinea’s (toepassen).
Kan jij uitleggen wat het doel is van de inleiding
Kan jij kort uitleggen wat jij in jouw inleiding hebt geschreven
LESDOELEN
Na de les, kan jij:
Slide 6 - Diapositive
Eindopdracht: korte uitleg + 1e versie 3 oktober (5 min)
Video bekijken ( 3 min)
Vragen maken over de video ( 3 min)
Aan de slag: inleiding schrijven (15 min)
Elkaars inleidingen lezen (5 min)
Reflecteren en feedback geven. (5 min)
Wat gaan we vandaag doen?
Slide 7 - Diapositive
Nu mag jij jouw laptop gebruiken
DOEN:
1) Je zit in lessonup.app
> We gaan een aantal vragen maken inlessonup.app
> Kijk naar het bord.
Slide 8 - Diapositive
Aan welke goede kenmerken van een tekst hebben we al gewerkt de afgelopen lessen.
A
een goede toon, een goede spelling, een goede lay-out
B
Ee goede opbouw, goede inhoud, een goede toon
C
Een goede inhoud, een goede spelling, goede zinnen
D
Een goede spelling, een goede inhoud
Slide 9 - Quiz
Hoe goed denk jij dat je bent in het schrijven van een inleiding?
A
Inleiding? Wat is dat?
B
Dat kan ik al super goed
C
Ik moet dat nog leren.
D
Ik weet wel al een beetje wat er in een inleiding moet staan.
Slide 10 - Quiz
Antwoorden watde doelen zijn van een inleiding
Antwoorden wat je in een inleiding schrijft
Antwoorden hoe een tekst is opgebouwd.
Na de video, kan jij antwoorden:
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Wat schrijf je in een inleiding? Schrijf jouw antwoord op:
timer
0:20
Slide 13 - Question ouverte
Wat is de functie van de inleiding? (welk doel heeft een inleiding)
timer
0:15
A
Onderwerp duidelijk maken en de aandacht lezer trekken door verhaaltje
B
Samenvatting geven van de tekst.
C
Deelonderwerpen bespreken.
D
Een conclusie geven
Slide 14 - Quiz
Inleiding schrijf je:
timer
0:10
A
Aan het begin
B
Middenstuk / kern
C
Slot
Slide 15 - Quiz
Boven de inleiding zet ik 'inleiding'.
timer
0:10
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
Jij gaat jouw inleiding schrijven in OneNote
Jij doet dit alleen.
Jij gaat hier 10 minuten aan werken IN STILTE
Eerste 5 minuten geen hulp
Maak een back- up in WORD
Op de volgende slide kan je alles zien wat je moet doen.
Opdracht
Slide 17 - Diapositive
Hoe ging het schrijven van de inleiding?
A
Ik ben al klaar!
B
Ik heb nog maar 1 zin
C
Help! Ik kom morgen naar kwt
D
Ik heb nog niks
Slide 18 - Quiz
Aan de slag!
timer
10:00
Wat?
Hoe?
Wie?
Hulp?
Tijd?
Klaar?
Jouw eigen inleiding schrijven + opbouw tekst goed indelen --> alinea's
In Onenote: bij de 3 gebeurtenissen
Zelfstandig=alleen werken in stilte
eerste 5 min. geen hulp
10 min.
Opslaan + back-up in Word. Lees de inleiding van jouw buur? Wat gaat er al goed?
Slide 19 - Diapositive
Jij geeft feedback op de inleiding van jouw buur.
Dit doe je per goed kenmerk van een goede tekst.
In je schriftje staan alle kenmerken van een goede tekst: = goede inhoud, goede spelling, goede opbouw, goede zinnen, goede toon en goede lay-out
FEEDBACK
Slide 20 - Diapositive
Aan de slag!
timer
5:00
Wat?
Hoe?
Wie?
Hulp?
Tijd?
Klaar?
Elkaars inleidingen lezen. TIPS/TOPS geven aan je buur.
In Onenote: bij de 3 gebeurtenissen
Met je buur (FLUISTEREN)
Jullie helpen elkaar. Straks klassikaal bespreken
5 min.
We bespreken het straks klassikaal.
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Wat waren de tips van jouw buur?
Slide 23 - Question ouverte
Wat waren de top(s) van jouw buur?
Slide 24 - Question ouverte
Waar jij op moet verbeteren op zijn van een inleiding
Antwoorden wat je in een inleiding schrijft
Na de feedback, kan jij antwoorden:
Slide 25 - Diapositive
Ik heb alles af: ! (Qua betekent --> WAT BETREFT) Ik heb mijn tekst klaar qua opbouw Ik heb mijn tekst klaar qua spelling Ik heb mijn tekst klaar qua inhoud
Slide 26 - Sondage
Eindopdracht: korte uitleg + 1e versie 3 oktober (5 min)
Video bekijken ( 3 min)
Vragen maken over de video ( 3 min)
Aan de slag: inleiding schrijven (15 min)
Elkaars inleidingen lezen (5 min)
Reflecteren en feedback geven. (5 min)
Wat gaan we vandaag doen?
Slide 27 - Diapositive
Hoe een tekst is opgebouwd: (inleiding – kern- slot)
Wat er in een inleiding staat.
Weet jij hoe goed jij nu bent in een inleiding schrijven.
Weet jij of je nog wat moet toevoegen in jouw inleiding.
Kan jij jouw tekst indelen in alinea’s
Weet jij wat een witregel is.
LESDOELEN
Na de les, kan jij:
Slide 28 - Diapositive
Achter je stoel staan
Schuif je stoel aan
Kijk om je heen: liggen er nog dingen op de grond/ tafel?
Ja? Ruim het ajb. even op of gooi het in de prullenbak.
Ga achter je stoel staan. Je wacht op mijn teken zodra je weg mag.