2.5 Migratie in Nederland en Duitsland

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Welke gebeurtenis?

Migratie in Nederland en Duitsland

Leerdoelen

• Je kunt beschrijven welke groepen migranten sinds 1950 naar Nederland en Duitsland kwamen.

• Je kunt de binnenlandse migratie in Nederland en Duitsland sinds 1950 beschrijven en verklaren.

Migratie 

Migratie = het verhuizen van de ene naar de andere woonplaats.

• in een land (binnenlandse migratie)
• tussen landen (buitenlandse migratie)

Leg uit dat emigratie en immigratie altijd samen gaan. 

Buitenlandse migratie:

1.  emigratie (eigen land verlaten), 
2. immigratie (een land binnen komen) en 
3. remigratie (mesen gaan weer terug naar eigen land)

Migratiemotieven

4 migratiemotieven

Economische redenen: armoede, geen werk

Sociale redenen: prive leven, gezinshereniging, trouwen...

Politieke redenen: Vervolging om godsdienst, afkomst, ras, (homo-)seksualiteit

Natuurlijke (ecologische) redenen: Klimaatverandering

Soms spelen verschillende redenen tegelijk

Immigratie in NL en DL

Seizoensmigratie

Migranten komen voor een korte periode te werken.

Bv. appels plukken of asperges steken. 

Als het werk gedaan is gaan ze terug naar huis.

Nederland is in het verleden ook emigratieland geweest.

Tussen 1950 en 1960 veel emigratie uit NL naar:

de VS, Canada en Australie

Afstotingsfactor (push-factor) - gebrek aan werk en ruimte, armoede

Duitsland

is sinds 1950 de belangrijkste immigratieland van Europa.

Na de oorlog is Duitsland opgesplitst in Oost-  en West Duitsland.

IJzeren gordijn!

Sinds 1989 is Duitsland weer herenigd.

Duitsland deels vergelijkbaar

Hereniging Oost- en

West-Duitsland

Gevolg na 1990:

braindrain

Braindrain.

Braindrain

• 'Het vertrek van goed opgeleide mensen naar het buitenland'.
• Jonge Oost-Duitsers gingen emigreren naar het westelijk deel van Dutsland (betere banen en lonen).
• Het oosten van Duitsland = krimpgebied
• Het westen van Duitsland = groeigebied

EXAMENVRAAG

De zwarte pijl gaat over ....

1. Binnenlandse migratie
2. Buitenlandse migratie

Remigratie betekent dat

1. Immigranten teruggaan naar de land van herkomst
2. De gezinnen worden herenigd
3. De grote steden opnieuw gaan groeien
4. De mensen weer verhuizen naar het platteland

De rode pijl gaat over ....

1. Binnenlandse migratie
2. Buitenlandse migratie

Bij welke opsomming staan alleen afstotingsfactoren?

1. gezondheidszorg, veiligheid, werkgelegenheid
2. droogte, oorlog, slecht betaald werk
3. werkloosheid, oorlog, vervolgstudie
4. slecht betaald werk, veiligheid, onderdrukking

Na 1960 verhuisden steeds meer mensen uit de stad. Het waren vooral de jonge gezinnen die gingen suburbaniseren. Er speelden voor deze mensen verschillende aantrekkingsfactoren een rol.
Welke factor is onjuist?

1. In de stedelijke uitbreidingswijken was weinig groen en waren er nauwelijks speelvoorzieningen.
2. Het onderwijs in de steden stond slecht bekend. Op het platteland konden de kinderen veel beter leren in een natuurlijke omgeving.
3. Veel mensen woonden in kleine huizen die dicht op elkaar stonden en vaak waren verwaarloosd.
4. Op het platteland kon men leven in een huis met een tuin in een veilige woonomgeving.

Wat is de goede tijdsvolgorde wat betreft binnenkomst migranten

1. Mensen uit Indonesië, gastarbeiders, vluchtelingen
2. Gastarbeiders, mensen uit Indonesië, vluchtelingen
3. Vluchtelingen, mensen uit Indonesië, gastarbeiders
4. Mensen uit Indonesië, vluchtelingen, gastarbeiders

Bij welke groep gastarbeiders (arbeidsmigranten) was GEEN sprake van re-migratie?

1. Marokko
2. Italie
3. Griekenland
4. Spanje

Welke samenlevingsvorm?

1. Segregatie
2. Integratie

Aspergeteler Erik Weiland uit Zuidwolde liet zijn asperges vorig jaar steken door mensen uit de buurt, want Poolse werknemers konden toen vanwege corona niet komen. Dit jaar is het een mix van Poolse en Drentse aspergestekers.

Welk begrip past bij de Poolse werknemers?

1. Gastarbeiders
2. Seizoensmigranten
3. Emigratie
4. Binnenlandse migratie

Wat is de braindrain?

1. Mensen die veel kennis hebben trekken weg naar een ander gebied
2. Een gebied waar veel mensen wonen met weinig kennis en opleiding
3. Mensen in een gebied die gehersenspoeld worden door een politieke partij of dictator
4. Een gebied waarin veel ziekenhuizen staat waar ze hersenoperaties doen.