Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2
Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Welkom
Mens en Maatschappij
Slide 1 - Diapositive
Hoofdstuk 3 Wat mag wel en wat mag niet?
Start
Lesdoel
We herhalen de stof van cursus 3.1 en 3.2.
Je weet wat de Verlichting was.
Leerdoelen
Slide 2 - Diapositive
Hoofdstuk 3 Wat mag wel en wat mag niet?
Start
Herhaling leerdoelen
Je kent de kenmerken van de Nederlandse rechtsstaat en het Nederlandse rechtssysteem.
Je weet wat rechten en plichten zijn.
Je weet wat strafbare feiten en misdaden/misdrijven zijn en wat gedogen betekent.
Je kent het verschil tussen een overtreding en een misdrijf.
Je weet wat er gebeurt als iemand voor de rechter komt.
Je kent het verschil tussen strafrecht en burgerlijk recht.
Je weet wat het absolutisme betekent, wanneer het eindigde en hoe dit kwam.
Je weet wat de Franse Revolutie is.
Je weet wie Napoleon was.
Je weet wat de Bataafse Revolutie was.
Slide 3 - Diapositive
Noem de vier belangrijkste partijen die aanwezig zijn bij een rechtszaak.
Slide 4 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een overtreding en een misdrijf?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is waar?
A
Rechten is wat mag en plichten is wat moet.
B
Rechten is wat mag en plichten is wat mag.
C
Rechten is wat moet en plichten is wat moet.
D
Rechten is wat moet en plichten is wat mag.
Slide 6 - Quiz
Wat betekent gedogen?
A
Aanmoedigen wat moet.
B
Toestaan wat niet mag.
C
Verbieden wat niet mag.
D
Toestaan wat mag.
Slide 7 - Quiz
Leg het verschil uit tussen strafrecht en burgerlijk recht.
Slide 8 - Question ouverte
Hoe kwam de Franse koning Lodewijk XVI aan zijn einde?
Slide 9 - Question ouverte
In welke tijd vonden de belangrijkste democratische veranderingen plaats?
A
Tijd van ontdekkers en hervormers (1500-1600)
B
Tijd van pruiken en revoluties
(1700-1800)
C
Tijd van steden en staten
(1000-1500)
D
Tijd van regenten en vorsten
(1600 - 1700)
Slide 10 - Quiz
Wanneer was de Franse Revolutie?
A
1789
B
1798
C
1879
D
1897
Slide 11 - Quiz
Wat was het absolutisme?
A
De vorst bepaalt alles en hoeft aan niemand verantwoording af te leggen.
B
Een samenleving die uit drie standen bestond: geestelijken, edelen en burgers.
C
Het volk (burgers) mag zelf de bestuurders kiezen.
D
Onderzoeken door te experimenteren, goed te kijken en daarvan te leren.
Slide 12 - Quiz
Welke beschrijving past bij de wetenschappelijke revolutie?
A
De vorst bepaalt alles en hoeft aan niemand verantwoording af te leggen.
B
Een samenleving die uit drie standen bestond: geestelijken, edelen en burgers.
C
Het volk (burgers) mag zelf de bestuurders kiezen.
D
Onderzoeken door te experimenteren, goed te kijken en daarvan te leren.
Slide 13 - Quiz
Wat is de juiste volgorde?
A
Absolutisme - Napoleon - Franse Revolutie
B
Napoleon - Absolutisme - Franse Revolutie
C
Absolutisme - Franse Revolutie - Napoleon
D
Franse Revolutie - Napoleon - Absolutisme
Slide 14 - Quiz
Wie stonden tegenover elkaar tijdens de Bataafse revolutie?
A
Prins Willem V en de prinsgezinden
B
Prins Willem V en de patriotten
C
de prinsgezinden en de orangisten
Slide 15 - Quiz
Wanneer werd de Bataafse Republiek uitgeroepen?
A
1579
B
1759
C
1975
D
1795
Slide 16 - Quiz
Hoofdstuk 3 Wat mag wel en wat mag niet?
3.2 Hoe verloren vorsten hun macht?
Leerdoelen
Je weet wat de Verlichting was.
Uitleg
17e eeuw: wetenschappelijke revolutie.
18e eeuw: democratische revolutie.
De 'duistere' tijd van onwetendheid en onmondigheid was voorbij.
De 'verlichte' tijd van vrijheid, wetenschap en mondigheid begon > de Verlichting.
Wetenschappelijk denken = onderzoeken door te experimenteren, goed kijken en daarvan leren.
Tijd van pruiken en revoluties
1700 - 1800
Durf te denken!
‘Nu hoor je ook van alle kanten roepen: denk niet na! De officier zegt: denk niet na, marcheer! De belastingontvanger zegt: denk niet na, betaal! De geestelijke zegt: denk niet na, geloof! Overal wordt de vrijheid beknot. (...) 'Durf te denken!’
Immanuel Kant, Duitse filosoof
Slide 17 - Diapositive
Hoofdstuk 3 Wat mag wel en wat mag niet?
3.2 Hoe verloren vorsten hun macht?
Leerdoelen
Je weet wat de Verlichting was.
Opdracht
Lees de theorie.
Maak opdracht 12-16.
Nakijken opdracht 12-16.
Leer de theorie van de hele paragraaf.
Maak de online cursustoets.
Kijk mee: het planetarium van Eise Eisinga.
Tijd van pruiken en revoluties
1700 - 1800
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
Hoofdstuk 3 Wat mag wel en wat mag niet?
Afsluiting
Lesdoel
Waarom werd de periode van de Verlichting zo genoemd?