Woordenlijsten A en B, bron C en D
c'était
A
het was
B
duur
C
morgen
D
wij zijn geweest
1 / 20
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
c'était
A
het was
B
duur
C
morgen
D
wij zijn geweest
Slide 1 - Quiz
blanc, blanche
A
zwart
B
wit
C
duur
D
lelijk
Slide 2 - Quiz
la chaussure
A
de trui
B
de riem
C
de keus
D
de schoen
Slide 3 - Quiz
cher, chère
A
zwart
B
wit
C
duur
D
lelijk
Slide 4 - Quiz
bienvenue
A
jij
B
morgen
C
leren
D
welkom
Slide 5 - Quiz
la robe
A
de trui
B
het kledingstuk
C
de jurk
D
het feest
Slide 6 - Quiz
choisir
A
dragen
B
leren
C
kiezen
D
meerdere
Slide 7 - Quiz
le prix
A
de keus
B
de prijs
C
de stad
D
de taal
Slide 8 - Quiz
demain
A
meerdere
B
voor
C
morgen
D
lelijk
Slide 9 - Quiz
la ceinture
A
de riem
B
de jurk
C
de stad
D
de verrassing
Slide 10 - Quiz
pour
A
lelijk
B
duur
C
jij
D
voor
Slide 11 - Quiz
la fête
A
de schoen
B
de stad
C
het feest
D
de taal
Slide 12 - Quiz
Pas mal
A
Hij is mooi.
B
Niet slecht. / Leuk.
Slide 13 - Quiz
Il coute combien?
A
Hoeveel kost het?
B
Welke maat heb jij?
Slide 14 - Quiz
___ hôtel (m)
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
Slide 15 - Quiz
___ T-shirts
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
Slide 16 - Quiz
___ maillot de bain (m)
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
Slide 17 - Quiz
___ armoire (v)
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
Slide 18 - Quiz
___ différences
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
Slide 19 - Quiz
___ surprise (v)
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces
