Ch. 5 | Les mois | VWO1

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

  Les mois de l'année

Wat moet je pakken?

• Boek B, blz. 40, bron B
• Je laptop of ipad
• Log nu in op lessonup en luister naar mevr.

Les mois de l'année

août

septembre

octobre

novembre

decembre

janvier 

février 

mars 

avril 

mai 

juin

juillet

Tu peux dire les mois? 

septembre

juillet

août

novembre

décembre

octobre

juli

november

december

augustus

september

oktober

Hoe zeg je augustus in het Frans

1. aûot
2. oûat
3. août

Wat is juli in het Frans ?

1. juliette
2. juillet
3. juin

Wat is maart in het Frans?

1. mars
2. juin
3. novembre
4. août

Vertaal: januari

1. janvier
2. januar
3. janvière
4. january

Wat is août in het Nederlands?

1. juni
2. september
3. augustus
4. mei

janvier

mars

mai

février

avril

juin

maart

februari

april

mei

januari

juni

Mois dix de l'année
(tiende maand van het jaar)

1. novembre
2. juillet
3. mai
4. octobre

Le mois après mai est...

1. mars
2. juin
3. aout
4. juillet

In welke maand begint de lente?
Franse naam!

Noteer de 2 maanden waarin de zomervakantie valt!

Welke maand vind je het moeilijkst?

Wat moet je nu maken?

• Opdr. 2, 3, 4 van boek B
• Vinger omhoog bij vragen.
• Ben je klaar? Laat het aan mevr. zien!

Au revoir!