Keuzedeel Engels A2/B1 - week (les) 19

Engels keuzedeel A2/B1
Les 19
13-4-2022
Start: 19:00 uur
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Engels keuzedeel A2/B1
Les 19
13-4-2022
Start: 19:00 uur

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programme 13-4-2022
1.  Repeat past simple
2. Grammar: present perfect
3. Practice grammar + vocab
4. Write an email  
5. Writing assignment 
6. Homework

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Grammar: past simple (p.225/226)
Past simple = verleden tijd
Let op: het is gebeurd, het is afgelopen

Je kunt meestal de vraag stellen: wanneer? (tijdsbepaling)

I moved to this house in 2018
She played a game last Saturday
He finished his homework and now he is watching a film -> geen tijdsbepaling maar: het is afgelopen/klaar

Slide 3 - Diapositive

10-15 min
Past simple - hoe maak je het?
Regelmatig werkwoord:
je zet -ed achter het werkwoord
bv. talked, called, listened
let op: love-loved, cry-cried

Onregelmatig werkwoord:
De verleden tijdsvorm moet je uit je hoofd leren (2e rijtje)
Hoe dan? Check de volgende slide

Slide 4 - Diapositive

10-20 min

Slide 5 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Past simple
negations
didn't + hele ww
I didn't work
she didn't work
didn't -> I, you, he, she, it, we , they

questions
Did .... hele ww
Did you make?
Did he make?
did -> I, you, he, she, it, we, they

Slide 6 - Diapositive

10-20 min
past simple van move
A
moves
B
moved
C
movet
D
have moved

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

de verleden tijd van deny
A
denyd
B
denyt
C
have denyed
D
denied

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

de verleden tijd van go
A
goed
B
wented
C
went
D
goes

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

de verleden tijd van buy

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Make negative - past simple:
He writes an article

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Make question - past simple:
My sister works at the hospital

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Grammar: present perfect (p.228/229)
Past simple = verleden tijd
Let op: het is gebeurd, maar het is niet belangrijk wanneer

De tijdsbepaling is vaag of geen tijdsbepaling:
I have never been in Spain 
Marc hasn't called me yet

De woorden for/since -> altijd present perfect:
I have lived here for 2 years
She hasn't seen him since highschool

Slide 13 - Diapositive

10-15 min
Present perfect - hoe maak je het?
HAVE/HAS + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Regelmatig werkwoord:
je zet -ed achter het werkwoord
bv. talked, called, listened
let op: love-loved, cry-cried

Onregelmatig werkwoord:
De verleden tijdsvorm moet je uit je hoofd leren (3e rijtje)
Hoe dan? Check slide 5

Slide 14 - Diapositive

10-20 min
Practice together
Make past simple
Make present perfect
1. come
2. breathe
3. enjoy
4. see
5. drive
1. I take
2. we help
3. she sells
4. they practise
5. he reports

Slide 15 - Diapositive

10-20 min
Practice together
Right or wrong?

He has helped me with my homework
I have lived here for 6 months
I called you seven times
She has watched tv last night

Slide 16 - Diapositive

1+2 goed
3+4 fout
Practice/do by yourself
Vocabulary:
Book p.171/172, ex. 3+4

Online: past simple and present perfect
Website: test-english (3 links in chat)
timer
20:00

Slide 17 - Diapositive

1+2 goed
3+4 fout

Slide 18 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

4. About the exam
Engels schrijven A2 (generiek)
1 uur
3 schrijfproducten: e-mail, formulier, notitie
Examen op papier (dus neem pen mee!)
Hulpmiddel: woordenboek N-E

Datum: in overleg

Slide 21 - Diapositive

30-45 min.
5. Writing assignment
An informal email to a friend

1. Gebruik de juiste aanhef
2. Bedank je vriend(in) voor de e-mail
3. Je vertelt 2 dingen die je altijd/vaak/normaal gesproken op je werk doet
(gebruik de present simple)
4. Je vertelt 3 dingen die je op een willekeurige dag hebt gedaan. Gebruik zowel de past simple als de present perfect.
5. Je vraagt wat je vriend(in) het leukst aan zijn/haar werk vindt.
6. Je sluit de e-mail op de juiste manier af

Een goede vriend heeft jou een e-mail gestuurd en wil meer weten over jouw werk. Je schrijft een e-mail terug waarin je iets over je werk schrijft en over wat je gisteren (of een andere dag) op je werk hebt gedaan. 

Slide 22 - Diapositive

30-45 min.
6. Homework
Study vocabulary B1 - 201-250
Practice vocabulary with studiemeter
Repeat past simple/present perfect (book p. 225/226 and 228/229)

Prepare:
word order (book, p.233/234)
watch video slide 24

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions