Clase 3.06 - mhv2 - gebruik van hay, vocabulario, leestekst

Clase 3.06
Hacer (doen/maken):
- ejercicio 5, p.54 (WB)
- ejercicio 7, p.55 (WB)

Aprender (leren):
- vocabulario: woordenlijst unidad 3, “Pisos y casas”
- vocabulario: woordenlijst unidad 3, “¿Qué hay en el comedor?”
- Gebruik van hay, página 58 (TB) + aantekeningen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 55 min

Éléments de cette leçon

Clase 3.06
Hacer (doen/maken):
- ejercicio 5, p.54 (WB)
- ejercicio 7, p.55 (WB)

Aprender (leren):
- vocabulario: woordenlijst unidad 3, “Pisos y casas”
- vocabulario: woordenlijst unidad 3, “¿Qué hay en el comedor?”
- Gebruik van hay, página 58 (TB) + aantekeningen

Slide 1 - Diapositive

Planificación: Hoy es ...
1. Reglas de la clase + eindproduct
5 min
2. Repaso: vocabulario
10 min
3. Luisteropdracht
10 min
4. ¡En marcha!
20 min
5.  La próxima clase
5 min
Después de esta clase... (Na deze les...)
... kan je uitleggen wat hay betekent.
... heb je een leestekst gemaakt.

Slide 2 - Diapositive

Reglas de la clase
  1. Je telefoon is thuis of in de kluis.
  2. Bij binnenkomst op je plek zitten, jas uit en tas van tafel.
  3. Je hebt altijd je spullen mee: boeken, schrift, pen, opgeladen device.
  4. Als een ander praat, ben je stil en luister je.
  5. Wanneer de docente uitleg geeft, zijn jullie stil en maken jullie aantekeningen in je schrift.
  6. We lachen elkaar niet uit.
  7. Je ruimt pas op als de docent dat aangeeft.
  8. Heb je een les gemist? Vraag aan klasgenoten om aantekeningen, welke opdrachten in te halen...

Slide 3 - Diapositive

Eindproduct tema 3: tu casa ideal
Wat moet er in komen?
  • woordenschat uit unidad 3
  • grammatica: bezittelijk voornaamwoorden, hay, poner/hacer, vertaling van moeten
  • script: 
    1. jezelf voorstellen
    2. omschrijving van het huis
    3. vertellen wie er woont
    4. vier kamers laten zien en benoemen
    5. meubels van verschillende kamers benoemen
  • punten voor: vloeiendheid, uitspraak, internetgebruik, lay-out


Slide 4 - Diapositive

Repaso: vocabulario
Pak je device erbij en log in via lessonup.app

Slide 5 - Diapositive

el comedor
la habitación
el salón
la cocina
el balcón
el cuarto de baño

Slide 6 - Question de remorquage

Sleep de Nederlandse bezittelijke voornaamwoorden naar de juiste Spaanse bijbehorende pronombre posesivo.
mi(s)
vuestro/a/os/as
su(s)
tu(s)
nuestro/
a/os/as
mijn
uw
jouw
hun
zijn
jullie
haar
ons/onze

Slide 7 - Question de remorquage

YO
el marido
el hermano
la abuela
la media hermana
la madre
el abuelo
el padre

Slide 8 - Question de remorquage

Mira la casa:
¿Qué hay en la casa? 

En la casa hay un/una .........

VWO: ¿Qué no hay? 

Slide 9 - Diapositive

¿Qué hay en tu casa?
En mi casa hay.....

Slide 10 - Question ouverte

Luisteropdracht
Libro de trabajo (werkboek): ejercicio 5, página 54

Carlos, op vakantie bij Mario, belt zijn moeder. Luister en vul de ontbrekende woorden in hun gesprek in.

We luisteren twee keer.
pista 21

Slide 11 - Diapositive

¡En marcha!
1. Ejercicio 7, p.55 (WB)
2. Corregir ejercicio 7
3. Leestekst: in Kwizl
     Klas 2F (VJ9NV6), Klas 2G (AA2FQG)
4. Aprender vocabulario
timer
18:00

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

La próxima clase
Vamos a...
... repasar el presente.
... aprender los colores.

Deberes:
- Magister.Learn clase 3.06

Slide 14 - Diapositive

Hasta la próxima clase
  • Stoel netjes aanschuiven.
  • Papieren van de grond / tafels. 

Slide 15 - Diapositive